log n 0.0002066.13 en log k 0.001639005. Na deze afbeelding wordt de bolfiguur volgens de stereogra- phische projectie in een plat vlak afgebeeld. Het hoofdpunt dezer afbeelding is weer Amersfoort, zooals het op den bol is terecht gekomen. In het platte vlak wordt een coördinatenstelsel aan genomen, waarvan de oorsprong ligt in het beeldpunt van Amers foort; en de jy-as wordt gevormd door het beeld van den meridiaan door Amersfoort. Wij zullen deze coördinaten ëlLty noemen. Wordt nu gevraagd de yj coördinaten uit te drukken in de x y of omgekeerd, dan ziet men onmiddellijk, dat zulk een uit drukking, streng opgesteld, veel te ingewikkeld moet worden om practisch bruikbaar te zijn. Maar wij zien tegelijk in, dat zoo algemeen het vraagstuk niet behoeft te worden opgelost. Als de omrekening maar kan plaats hebben voor een betrekkelijk klein gebied, dat Nederland slechts behoeft te bevatten, dan kan men tevreden zijn. Nu leveren beide kaartprojecties continue beelden van het deel der ellipsoide, dat Nederland bevat. De beide figuren in vj en x en y hangen dus ook continu met elkaar samen. De betrekkingen F (x, y) en vi G (x, y) zuilen daarom voor het gebied, dat Nederland bevat, continue eenwaardige functies kunnen zijn en deze zullen kunnen worden voorgesteld door geheele machtsreeksen <xJr(3x+ry Sx2 exy-\-?;y2 Een dergelijke vorm vindt men voor -y Met deze veronderstelling is het vraagstuk nader tot zijne op lossing gebracht. Wanneer echter mocht blijken, dat het aantal termen van deze reeks zeer groot zou moeten worden om de waarde van of v\ behoorlijk te benaderen, dan zou de praktische oplossing op zulke groote moeilijkheden stuiten, dat van de uit voering zou moeten worden afgezien. Voor de doorvoering der berekening is aangenomen dat de functies F(xy) en G (xy) hoogstens van den derden graad zouden mogen zijn. Er treden dan in iedere vergelijking 10 constanten op n.l.: i6 J) Bij de uitvoering der berekeningen wordt een andere weg gevolgd. Zie Prof. Hk. J. Heuvelink. De Stereographische kaartprojectie in hare toepassing bij de Rijksdriehoeksmeting. Delft, 19x8.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1925 | | pagina 16