Géodésie aangesloten landen verrichte basismetingen (meer dan 70) zijn, op die van Nederland na, alle verricht met draden. De bespre king van de reden, waarom in Nederland gebruik is gemaakt van een in Frankrijk geleend stangentoestel zou spreker te ver voeren. Op het doek verschijnen thans het hoofddriehoeksnet en het aansluitende basisnet met de 4320 m lange basis, die gekozen was op een volkomen recht en regelmatig hellend gedeelte van den straatweg Amersfoort-Apeldoorn bij Stroe. De eindpunten en de zeven zorgvuldig ingerichte tusschenpur.ten waren onder gronds aangegeven door een kruis van fijne lijnen op bronzen bouten bevestigd in betonblokken van 1 m3. De aldus in één stuk van 288 m en 7 van 576 m verdeelde basis werd stuksgewijze tweemaal gemeten in heen en teruggang (het korte stuk zes maal). Aan de hand van een serie lantaarnplaatjes volgt nu een dui delijke beschrijving van den toestel: de 4 m lange invar-meetstaaf met H-vormige dwarsdoorsnede en twee indexstreepjes op de einden, waarvan de afstand nauwkeurig was bepaald met den platina-iridium-standaardmeter, de omhullende aluminium-koker met openingen voor het aflezen der beide thermometers (aflezing 1/100) en de eindstrepen, verder de midden op de staaf geplaatste hellingmeter, een liniaal met niveau en verdeelden boog. De thermometers geven spreker aanleiding te verhalen op welke primitieve wijze bij de basismeting in Peru in 1735 de tempera tuur achteraf werd bepaald, n.l. op 20° R, omdat het water, waar door de waarnemers tijdens de meting meestal waadden, koud noch warm aanvoelde. Dan volgt een bespreking van het «microscoop», een juk op stelschroeven, waarop bij het begin en het einde van elke sectie een verticale kijker werd gesteld voor de instelling op den bronzen bout, terwijl het verder diende voor den horizontalen kijker tot het inrichten van het volgende microscoop door middel van een los vizier, en voor het eigenlijke microscoop ten behoeve van het instellen der indexstrepen op de staaf. Wij zien de staaf- dragers, voorzien van een fijne beweging in twee horizontale en een verticale richting, den ijzeren voorlooper der staaf met mallen van blik voor het voorloopig stellen der «microscopen» en de richtbaak, zijnde een zwarte plank met witte streep, die aan het eind van elke sectie werd opgesteld. 205

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1925 | | pagina 205