de toekomstige reorganisatie van ons dienstvak (althans, indien
er gereorganiseerd zal worden) zal kunnen zijn. In elk geval
schijnt het wel zeker te zijn, dat geen beslissing genomen zal
worden, voordat dit verslag is uitgebracht.
In dit verband worde nog vermeld, dat nog niet bekend is
geworden, of en in hoeverre Min. de Geer te dezen opzichte
in de voetstappen van zijnen voorganger zal willen treden.
Gememoreerd dient nog, dat de «fusie» de bekende veranderingen
aan het Departement van Financiën ten gevolge heeft gehad.
Dat het «Kadaster» hierbij eene zelfstandige positie heeft ge
kregen, dient toegejuicht; dat evenwel Hypotheken bij een ander
dienstvak is ondergebracht, kan niet anders dan als ondoelmatig
worden aangemerkt. Wij hopen dan ook dat men spoedig moge
inzien, dat Kadaster èn Hypotheken óók aan het Departement
niet zonder schade gescheiden kunnen worden
Door de Commissie «Heuvelink» werd tot heden nog geen
verslag gepubliceerd.
Het blijkt thans wel, dat de Commissie «Roborgh» in het
leven geroepen door den bond van huis- en grondeigenaren,
nuttig werk kan verrichten om de tot-standkoming van een goed
Kadaster te bevorderen. Men heeft in de groote Pers een en
ander over het verslag dezer Commissie kunnen lezen. Het
spreekt van zelf, dat ons Tijdschrift dit verslag opneemt. Hoopvol
stemt het, dat genoemde Bond besloot te ijveren voor de tot
standkoming van een stelsel, als in dit verslag opgenomen
immers krijgt K. en L. voor haar streven tot verbetering van
ons Kadaster daarmee een bondgenoot, en wordt de kans op
resultaten allicht iets grooter.
De Secretaris,
Assen, Juli 1926. Vriend.
BERICHTEN.
Benoeming adspirant landmeter van het Kadaster.
Bij beschikking van 17 Juni 1926 n°. 89 Kad. is met ingang
van 1 Juli 1926 benoemd tot adspirant-landmeter v/h. Kadaster
C. C. J. Hol met standplaats Almelo.
140