148
Toelichting op de Begrooting 1927.
De raming der inkomsten is met het oog op mogelijke verdere
tekorten aan den voorzichtigen kant. De contributies zijn dus
lager geraamd dan het in 1925 ontvangen bedrag, mede omdat
Indië steeds een onzekere factor vormt. Het aantal abonné's bij
het bestuur is op het oogenblik weer stijgende, terwijl dat bij
den boekhandel daalt. De opbrengst der advertenties zal zeer
zeker terugloopen, daar 1925 in dat opzicht een recordjaar was
In verband met de kosten van het Tijdschrift over 1925 is de
raming daarvoor iets hooger, a en b zijn gecombineerd omdat de
splitsing geen zin meer heeft. De reis- en verblijfkosten zijn
lager genaamd dan de uitgaven in 1925 met het oog op de
tariefvermindering. De uitkeering aan de afdeelingen en de
contributie C. H.R. A. zijn beide hooger geraamd, omdat het aan
tal gewone leden nog stijgende is. Het honorarium voor den
Secretaris-Penningmeester is vervallen, omdat het bestuur meent,
die uitgaaf wegens de splitsing der functie te kunnen besparen.
Daar het bestuur hoopt, dat in den loop van 1926 op een of
andere wijze in het bestaande tekort zal worden voorzien, zijn
geen vermoedelijke saldo's in de begrooting opgenomen.
Het Bestuur.
INGEZONDEN.
H. O. R. A.
Zaterdag 15 Mei 1926 had te Utrecht de jaarvergadering plaats
van den Bestuursraad van de Vereeniging tot Ondersteuning van
Burgelijke Ambtenaren.
Zoogoed als alle Afdeelingen waren vertegenwoordigd.
Over 1925 werd een bedrag van f 22294.54 verleend aan
giften en voorschotten, terwijl een bedrag van f 17689.40 aan
bijslag aan het Herstellingsoord werd verstrekt.
Bedroeg de pensionprijs voor het Herstellingsoord voor leden,
die recht op reductie hadden over 1924 gemiddeld 2.05, dat
cijfer kon voor 1925 gebracht worden op f 1.70 per dag, terwijl
het H. B. de hoop koestert, dat het gemiddelde over 1926 nog
lager kan zijn.