n°. 20 d.d. 25 October 1925, aan de orde gesteld door de Af-
deeling Arnhem.
De Voorzitter deelt mede om welke redenen van tactiek het
Bestuur gekant is, tegen actie in deze aangelegenheid.
De heer Smit begrijpt de motiveering van het voorstel niet.
De toelichting is zeer onduidelijk.
Spreker deelt mede, hoe de bedoelde aanschrijving tot stand
kwam. Hieruit blijkt, dat de bedoeling nooit geweest kan zijn
tegemoetkoming voor slijtage. Deze zit trouwens óók niet in de
gewone verblijfkosten. Wordt aan eenig ambtenaar dienstklee-
ding verstrekt van Rijkswege, dan kort men daarvoor op zijn
salaris. In het salaris is dus begrepen de vergoeding voor
slijtage.
Spreker sluit zich voorts aan bij het door den Voorzitter ge
sprokene.
De heeren Klompe en Smits verklaren nader de bedoeling
van Arnhem. Hierbij wijzen zij speciaal op de onbillijkheid, dat
voor de verblijfkosten in de standplaats een ander bedrag wordt
toegekend dan daar buiten.
De heer Smit is dan van meening, dat de toelichting van
Arnhem absoluut strijdt, met wat nu als de bedoeling wordt ge
formuleerd.
De heer Smits protesteert tegen de houding van den heer
Smit. Arnhem doet thans niet anders, dan wat de heer Smit,
volgens zijn zoo juist gedane mededeeling, indertijd zelf heeft
gedaan.
De Voorzitter constateert, dat men het er over eens kan zijn,
dat de geheele regeling véél te wenschen overlaat, dat even
wel de Vergadering unaniem van meening is, dat verstandige
tactiek, op dit moment althans, ordert, dat de zaak blijft rusten.
b. De heer Mr. van Wicheren, door omstandigheden ver
hinderd eerder te komen, verkrijgt thans het woord voor eene
uiteenzetting van de Onderlinge Ziekteverzekering.
Spreker behandelt eerst het nieuwe Gezinstarief voor zieken
huis en operatiekosten (zie aflevering 4 jaargang 1926 van het
Tijdschrift).
Dit tarief biedt groote voordeelen. Het geldt ook als de be
handeling als primaire oorzaak had een ongeval.
190