217
tober te Delft terug. De tweede ploeg, bestaande uit den landmeter
Heezemans als chef en den landmeter Meertens, vertrok 4 Mei uit
Delft en keerde 3 October aldaar terug.
De eerste ploeg verrichte hoekmetingen op de stations: Grouw, Wir-
dum (Fr.) I, Wartena, Rijperkerk, Oudkerk, Stiens, Leeuwarden I, Hal-
lum I, Engelum en Boxum I. Op alle stations werden tevens de noodige
centreeringsmetingen verricht.
Bovendien werden door haar nog uitgevoerd centreeringsmetingen op
de stations Sleen en Brielle I. Te Sleen naar aanleiding van het bouwen
eener nieuwe spits op den toren aldaar; te Brielle I was eenigen tijd
geleden de steenen pijler der rste Orde, die bouwvallig was, afgebroken
en opnieuw opgebouwd.
De tweede ploeg ving haar werkzaamheden aan met de verkenning van
het eiland Terschelling. Daarna verrichtte zij de metingen op de stations:
Kobbeduin, Schiermonnikoog I, Anjum I, Wierum, Hiaure, Oerderduin,
Ameland, Hollum I, Hollum II, Holwerd en Rinsumageest I. Op alle
stations werden tevens de noodige centreeringsmetingen verricht.
Voorts werden door haar nog uitgevoerd centreeringsmetingen te Dwin-
geloo, alwaar eenige jaren geleden de afgebrande torenspits opnieuw was
opgebouwd.
De berekeningen van de rechthoekige coördinaten der driehoekspunten
werden voortgezet en waren voor de groepen:
XI. Noord-Overijssel en Zuid-Drenthe;
XII. Groningen en Noord-Drenthe bij het einde van het verslagjaar
bijna gereed.
Met de vervaardiging van verzamelbladen werd voortgegaan.
i
Waterpassing.
Door den Hoofd-ingenieur-Directeur van den Rijkswaterstaat, belast
met den Algemeenen Dienst werd, mede met het oog op de internatio
nale aansluiting in het grensgebied met Duitschland (1925 Venlo—Straelen)
en België, de Commissie geraadpleegd over de wijze, waarop eene nieuwe
primaire waterpassing van Nederland zal worden uitgevoerd.
Slingenvaarnemingen.
In het begin van het jaar werden de definitieve berekeningen der
waarnemingen, uitgevoerd op de reis van Dr. Vening Meinesz met
Hr. Ms. Onderzeeboot KII van Helder naar Batavia, beëindigdde
resultaten zijn opgenomen in de exemplaren der voorloopige mededeeling,
„Observations de Pendule sur la Mer" (zie Verslag over 1924), welke in
1925 aan de leden der Geodetische Sectie van de Internationale Geode
tische en Geophysische Unie zijn toegezonden. In Juli werden uit Amerika
ontvangen de berekeningen van de isostatische reducties dezer waarnemingen.