DRIE- EN VEELHOEKSMETING.
De hermeting van Apeldoorn, waarbij een uitgestrekt terrein
werd getrianguleerd en waar vele veelhoekspunten werden berekend,
levert ons talrijke gegevens om een inzicht te krijgen in den graad
van nauwkeurigheid, die men thans, nu de uitkomsten van de
Rijksdriehoeksmeting grootendeels bekend zijn, met betrekkelijk
weinig hulpmiddelen kan bereiken. Juist Apeldoorn met zijn
hoog en laag, met zijne heidevelden en uitgestrekte bosschen en
met een groot oppervlak bebouwd terrein, is voor eene nadere
bespreking van de bereikte resultaten een gunstig voorbeeld.
Wanneer men in 't algemeen zich een oordeel wil vormen
over de nauwkeurigheid van een bepaald driehoekspunt, berekent
men de m. f. in de hoekmeting en in de coördinaten van dat
punt. Deze grootheden geven wel een globalen indruk van de
bereikte nauwkeurigheid, maar besliste waarde mag men er,
zonder meer, niet aan hechten, wat trouwens de theorie ook niet
leert en wat men door voorbeelden uit de praktijk kan bewijzen.
Van enkele driehoekspunten in Apeldoorn zijn door bijzondere
omstandigheden, uit meestal andere punten dan die voor de eerste
berekening gebruikt waren, en steeds met geheel nieuwe waar
nemingen, voor de tweede maal de coördinaten berekend. Door
vergelijking van de twee uitkomsten, langs geheel verschillende
wegen gevonden, heeft men m.i. eene betere, althans een meer
sprekende waardebepaling van de bereikte nauwkeurigheid. Een
paar voorbeelden mogen hier volgen.
Reeds bij de berekening van het eerste kadastrale driehoeks-
punt, waarbij het punt Vaassen II der Rijksdriehoeksmeting was
ingesteld, bleek dat dit punt veranderd moest zijn, daar de afwij
king in de richting naar dat punt veel grooter was dan die in
de richtingen naar de andere punten. Bij een onderzoek ter
plaatse bleek dan ook, dat de R. C. kerk geheel opnieuw was
opgebouwd, nadat de gegevens van de Rijkscommissie voor
Graadmeting en Waterpassing voor dat punt in 1906 waren ver
zameld. Daarom werd Vaassen II als nieuw te bepalen punt in
de kadastrale driehoeksmeting opgenomen en na de berekening
van de coördinaten werden deze uitkomsten aan de Rijkscom-