93
Artikel 25.
Wanneer ingevolge dit besluit de bruto-inhoud van een schip, dat
bestemd is of gebezigd wordt voor zee- of kustvisscherij of voor de rivier-
of binnenvaart, moet Worden vermeld, kan worden volstaan met opgave
van het laadvermogen, bepaald overeenkomstig Ons besluit van 20 Juli
1899 Staatsblad n°. 164), zooals het door latere besluiten is gewijzigd.
Artikel 26.
1. Met ingang van den dag der inwerkingtreding van artikel XII van
de Overgangsbepalingen der wet van 22 December 1924 [Staatsblad xP. 573)
overeenkomstig de Slotbepaling van die wet zullen de eigenaren van de
schepen, in artikel 1 van dit besluit genoemd (metende ten minste 20 M3.
bruto-inhoud), eene verklaring van eigendom betreffende die schepen
kunnen doen overschrijven ten hypotheekkan tore, waar die schepen thans
zijn teboekgesteld. Die eigenaren zijn daartoe binnen twee jaren na den
hiervoor genoemden dag verplicht, indien op dien dag ten laste van het
schip een pand- of verbandbrief bestaat.
2. De voorgaande artikelen van dit besluit in het bijzonder de
artikelen 11 en 14 vinden ten aanzien van deze verklaring overeen
komstige toepassing.
Artikel 27.
1. Zoodra ingevolge artikel 26 de teboekstelling overeenkomstig dit
besluit is geschied, zal de bewaarder naast de teboekstelling in het nieuwe
scheepsregister ten aanzien van het desbetreffende schip verwijzen naar
alles, wat vermeld is in het oude scheepsregister.
2. Gelijke verwijzing geschiedt naar hetgeen, in het tijdsverloop tusschen
de in het eerste lid bedoelde teboekstelling en den dag van het in werking
treden van de wet van 22 December 1924 Staatsblad n°. 573) in haar
geheel, ten aanzien van het schip nog in het oude scheepsregister mocht
zijn vermeld.
3. Deze verwijzingen hebben de kracht van boeking (wanneer de
verwijzing een pand- of verbandbrief betreft, van boeking als hypotheek
van datgene, waarnaar verwezen wordt, in de nieuwe registers.
Artikel 28.
1. Indien in het in het tweede ltd van het vorig artikel bedoelde
tijdsverloop een schip, als Nederlandsch zeeschip in het nieuwe scheeps
register ingeschreven, in het oude scheepsregister is gesteld ten name van
een nieuwen verkrijger, is hij, te wiens name het schip staat bij het einde
van dit tijdsverloop, verplicht binnen drie maanden daarna eene verklaring
te doen overschrijven, als bedoeld in artikel 12, eerste lid.