104 plaatsen van den coördinatograaf gemeten. Het resultaat gaf voor de verdeelfout een bedrag kleiner dan 10 /x. e. Het resultaat. De uitkomsten van de vergelijking van de trigonometrisch en polygonometrisch bepaalde punten met die uit de herleidingen uitgemeten, gaven de volgende middelbare verschillen per plaat. In kolom 4 is het zwaartepunt als foutloos beschouwd, in kolom 5 is de onzekerheid van het zwaartepunt nog globaal in reke ning gebracht. Schaal 5 6 7 7' 9 10 9 5 9 9 8 Gemiddeld Schaal '5' '7 74 fx Gemiddeld 86 Vergelijkt men deze uitkomsten met die, in Frankrijk en Zwitserland gepubliceerd, dan kunnen zij niet anders dan zeer gunstig worden genoemd. Roussilhe vond in 1921/2 uit een vergelijking van 120 punten een middelbare onzekerheid van 201 /x als de herleiding op de schaal 1 a 2000 plaats vond, en een middelbare onzekerheid van 250 fx, bij herleiding op de schaal 1 a 1000. Hij gebruikte hetzelfde herleidingstoestel, echter met andere lenzen (50 cm f). Bij de opname werd gebruik gemaakt van Plaat. Middelbare waarden der afwijkingen. punten. A. het zwaartepunt foutloos. B. de onzekerheid van het zwaartepunt globaal in rekening gebracht. 1 a 2500 10 156 (X 160 fX 216 fX, 168 (X 116 fX 148 [X 148 f/, 146 (X 206 (X 161 fX III fX 140 fX 50 164 fX 156 fX 1 a 5000 11 12 '5 25 22 22 172 fX 1 '4 fX I 2 2 (X 166 fX I IO fX I 22 (X 73 fx 122 fX I20 fX

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1927 | | pagina 104