bij het projecteeren van eiken kavel steeds weer alle het nieuwe bezit samenstellende factoren moeten worden nagegaan. Het is een wikken en wegen, een passen en schuiven. Nu zijn al deze voorwaarden zoodanig, dat aan den ontwerper eenige vrijheid wordt gelaten. Zelfs het door Ged. Staten goed gekeurde wegen- en waterloopennet laat binnen zekere grenzen veranderingen toe. Alleen de schatting staat onherroepelijk vast. Een onjuiste opzet der schatting zal zich bij het maken van de nieuwe indeeling wreken en aanleiding zijn tot reclames. Daarbij is het heel goed mogelijk, dat de schatting bij de tervisielegging geene bezwaren opleverde, ja zelfs groote instemming vond. Het kan zijn, dat verschillende aan de schatting ten grondslag liggende factoren in het nieuwe plan een andere waarde hebben gekregen. De verschuiving van een bezit in een naastliggende klasse kan onbillijkheden opleveren. Het leggen van een kavel in dezelfde klasse als die van de vervangen oude perceelen kan zelfs wel een reclame gegrond op art. 6 der wet opleveren, om dat in de klassenbeschrijving de hoedanigheid van den grond niet voldoende naar voren was gebracht, of verdoezeld werd door andere niet constante factoren. En hierbij heb ik in de eerste plaats het oog op de ligging. De ligging van den grond wordt in de algemeene regelen, ingevolge art. 33 door de Centrale Commissie gesteld, als ge zichtspunt genoemd. Een nadere beschouwing van de gevolgen hiervan kan dus van practisch belang zijn. In de memorie van toelichting werd omtrent art. 33 gezegd «Gewoonlijk worden bij schattingen van landerijen de gronden perceelsgewijze getaxeerd. Bij ruilverkaveling echter moet een eenigszins andere werkwijze worden gevolgd in verband met practische eischen, die de ruilverkavelingstechniek stelt. De gronden moeten in klassen worden verdeeld van gelijke waarde en de klassegrenzen worden op het terrein door de schatters zichtbaar aangegeven. Het is mogelijk, dat de klasse- grenzen niet samenvallen met de kadastrale grenzen, doch de verschillende kadastrale perceelen snijden. Bij de schatting zal gebruik moeten worden gemaakt van de hulp van een des kundige, die de schatters voorlicht en tegelijkertijd de klasse- grenzen in kaart brengt. 112

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1927 | | pagina 112