46 zinsnede daarvan de woorden «en de grootte» niet geschreven. (Circ. 655 d.d. 12 Maart 1841, P. W. 2/1841, blz. 53). De op blz. 123 noot 4 vermelde aanhaling: De Minister van Financiën gaf bij Resolutie van 10 Januari 1844 (N°. 97) te verstaan, dat een notaris art. 37 der Wet op het Notarisambt niet overtreedt, wanneer hij in een akte kadasternummers vermeldt, welke later blijken abusief te zijn. (P. W. 1844, II, 34 N°. 2), ware beter achterwege gebleven en vervangen door: Indien in notariëele akten, bestemd om ten kantore der Hypotheken te worden overgeschreven, de Sectiën en Nommers der perceelen niet zijn opgegeven, moet niet de boete worden gevorderd bij art. 8 der Wet van 16 Juni 1832 bepaald, maar proces-verbaal wegens overtreding van art. 37 der Wet op het Notaris-ambt opgemaakt, en aan den betrokken Officier van Justitie toege zonden worden. (P. W. 2/1847 N°. 340). De beschouwingen van den schrijver over de inschrijvingen, genomen op foutieve kadastrale nummers, tengevolge van fouten in borderellen en hypotheekakten, en de wijze, waarop deze zijn te herstellen door middel van rectificatie-borderellen al dan niet na voorafgaande verbetering van de hypotheekaktenhoe een en ander in de praktijk geschiedt en waarmede in de praktijk genoegen wordt genomen, kunnen mij maar matig bevredigen. Ik mis daarin een streng beginsel, dat bij de beantwoording dezer belangrijke vragen tot richtsnoer kan dienen. De eenig admini stratief juiste en juridisch meest veilige weg wordt hiervoor aangegeven door M. de Vos, een der grootste figuren, die het Nederlandsche Kadaster gedurende de laatste halve eeuw heeft voortgebracht, waar deze op blz. 237 van zijn belangrijk boek «Het Kadaster en de Boekhouding op de Hypotheken» als resultaat van zijn rustig, streng logisch denken neerschrijft: «Eene verkeerde aanduiding in de hypotheekakte kan alleen worden hersteld door die akte te verbeteren bij eene notariëele akte van rectificatie. Is op grond van eene verkeerde akte of een verkeerd borderel een verkeerd perceel bezwaard, dan behoort doorhaling te geschieden en moeten ter verkrijging van eene nieuwe inschrijving nieuwe borderellen worden aangeboden.» Bestonden er bij de ontdekking van fouten reeds hypotheken van lateren rang, zoo behooren die te worden gelicht, om opnieuw naar rangorde na de verbeterde hypotheek te worden ingeschreven.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1927 | | pagina 46