64 Met de indirecte afstandsmeting moet men niet beginnen, vóór dat men goed geoefend is in het aflezen. Bij onze tachymetrische polygoneering troffen wij geen enkelen gunstigen dag, op de meeste dagen was de weersgesteldheid bepaald ongunstig, of regen of sneeuw of mist belemmerde het werk. Het meest ondervonden wij hinder van den wind, vooral bij de optiche afstandsmeting. Terwijl men moest trachten een tiende van een millimeter af te lezen, bewoog bij sterken wind het beeld der baak wel een geheelen millimeter; de trilling van het instrument was hieraan in veel grooter mate schuld dan de trilling van de baak. Luwde de wind even, dan werden zoo vlug mogelijk de 16 aflezingen gedaan. Indien de uitrusting wordt aangevuld met een windscherm, dan zal dit naar we verwachten nu en dan goede diensten kunnen bewijzen. Het oog accomodeerde zich door de koude na eenigen tijd wel eens minder goed, waarnemer en opschrijver (landmeter en ad- spirant) wisselden elkaar dan af. Eene kleine moeilijkheid, welke wij dan ondervonden, lag hierin, dat bij het gebruikte instrument de beide verticale merkstrepen van het glasdiaphragma niet tegelijk volkomen scherp konden worden gesteld, zoodat genoegen moest worden genomen met een gemiddelde scherpte. Het wegnemen van parallax is juist bij deze methode van het hoogste belang, immers valt het beeld van de baak niet in eenzelfde vlak met de merkstrepen, dan heeft er verschuiving t. o. v. elkaar plaats bij heen en weer bewegen van het oog, wat een aanmerkelijke bron van fouten voor de aflezing beteekent. (Bovendien leert een theoretische beschouwing dat de waarde der vermenigvuldigconstante dan iets verandert). Wij kunnen erop wijzen, dat 't gewenscht bleek nu en dan, als zijden door hindernissen vielen, een verticale afstandsbaak ter beschikking te hebben (waarop dan wegens de differentiaal refractie bij voorkeur aan het boveneind zou moeten worden af gelezen.) De noteering geschiedde in een uit ruitjespapier samengesteld register. De inrichting daarvan nemen wij hier over, omdat de gang van zaken er nog eens door wordt geïllustreerd.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1927 | | pagina 64