Dit gunstig resultaat is verkregen door de goede samenwerking
der verschillende uitvoerende lichamen en personen; het zij mij
echter veroorloofd te wijzen op het volgende: de in wezen direct
uitvoerenden, n.l. de betrokken landmeters waren door hunne
uitzending naar Duitschland grondig voorbereid en konden van
den beginne af het geheele werk overzien en dus aansturen op het
te bereiken einddoel, een werkelijk goed plan van verdeeling. Aan
het gunstige bereikte resultaat is dit feit dan ook niet geheel vreemd.
Daarom is het ook goed dat de landmeters, die in de toekomst
als desknndige zullen moeten optreden, eerst onder leiding een
of meer verkavelingen meemaken.
Ik noemde zoo juist het plan van verdeeling als het te bereiken
einddoel en daarbij wensch ik even stil te staan, daar met dit
plan het geheele werk staat of valt.
Bij een vorige gelegenheid heeft collega Gorter reeds uiteen
gezet hoe daarvoor een goede schatting en een goed wegen- en
waterloopennet noodig is, het eerste om de finantieele gevolgen
zoo juist mogelijk en het tweede om de economische exploitatie
der nieuwe kavels zoo goed mogelijk te doen zijn. Hoe ver
leidelijk ook, zal ik hierover niet uitweiden, maar aannemen dat
deze twee voorwaarden perfect in orde zijn, zoodat we over een
kaart beschikken, waarop de schattingslijnen in groen en de
omtrek van het ruilverkavelingsgebied en de wegen en waterloopen
in zwart staan.
Door dit laatste wordt de kaart verdeeld in blokken, waarvan
door de bekende grootte en de schatting de waarde berekend
kan worden. Deze blokken worden in verband met de grootte
der toe te deelen kavels en in verband met de gewenschte richting
der scheidingen door blauwe lijnen onderverdeeld in elementen
of hulpperceelenwaarvan eveneens de waarde berekend wordt.
Deze elementen nu spelen bij de toedeeling een groote rol.
Reeds gedurende den geheelen loop der ruilverkaveling is de
aandacht van den landmeter gericht op deze toedeeling en van
het begin af aan verzamelt hij alle gegevens, die daarvoor van
nut zijn of kunnen zijn.
Van eiken rechthebbende wordt o. a. nagegaan, waar hij woont
en of hij den grond zelf exploiteert of wel verhuurt. Dan worden
de familieverhoudingen genoteerd, opdat later de perceelen van
verschillende familieleden, welke vaak tot één bedrijf behooren,
146