ïÓ3
paar honderd gulden te besparen, waarvoor men zijn medezeg
gingschap over de steenen verliest, daar ze eigendom zijn van de
gemeente, waarop de heer Pieters antwoordt dat het doel werkelijk
is besparing en het gemak voor den landmeter.
De heer Tienstra wenscht niet te gaan bedelen bij de ge
meentebesturen en vindt het belachelijk om er naar te vragen;
hij vindt den toestand goed zooals die thans is.
De heer Stoorvogel wenscht echter verder te gaan en de
gemeentebesturen ook de steenen te laten plaatsen, waardoor de
zorg voor de geplaatste steenen grooter zal worden.
De heer Houben merkt op, dat het in de toekomst misschien
niet zoo gemakkelijk zal gaan machtiging te krijgen voor het
koopen van steenen. Met het verstrekken door de gemeente
besturen kan hij zich dan ook vereenigen, maar zou gaarne zien
dat het Bestuur van K. en L. den Minister verzocht een rond
schrijven aan de gemeentebesturen te richten, om die te wijzen
op het belang van deze zaak en op de wenschelijkheid of nood
zakelijkheid van aanschaffing, daar anders vele gemeentebesturen
niet bereid zullen zijn de steenen te koopen.
Ook de heer van Riessen deelt zijne ervaring op dit gebied
mede en vindt de motie te apodictisch.
Eerst stond de heer Vriend geheel afwijzend tegenover deze
motie, vond ze te algemeen, maar wenschte thans niet in alle
gevallen de steenen door de gemeentebesturen te laten aanschaffen.
Alleen wanneer bijzondere werken worden opgemeten is overleg
met de gemeenten wenschelijk en zien ook deze hun belang
wel in. Hij stelt voor de motie als volgt te lezen:
«De vergadering spreekt de wenschelijkheid uit, dat de land
meters van het kadaster eventueel overleg plegen met gemeente
besturen en andere groote lichamen omtrent het beschikbaar
stellen van kad. steenen voor den kadastralen dienst.»
Deze gewijzigde motie neemt de afd. Arnhem over en na
stemming blijkt dat ze is aangenomen met 31 tegen 30 stemmen
en 3 stemmen blanco.
4. Motie: De vergadering spreekt de wenschelijkheid uit om
uit de acten steeds in het register 9 te doen overnemen even-
tueele clausules omtrent nadere verrekening in verband met de
door het kadaster vast te stellen grootten.
Na mededeeling van den Voorzitterdat deze zaak door het