9° Wettelijk is de bewijskracht van het Kadaster hier te lande niet geregeld. Het gevolg is, dat bij grenskwesties, de rechter geheel vrij is, al of niet een landmeetkundig advies in te winnen. Waarbij hij wederom geheel vrij is, zich te wenden tot den rijks landmeter of tot den particulieren landmeter. In elke akte waarin zakelijke rechten worden gevestigd of overgedragen, moeten de kadastrale kenmerken der betrokken onroerende goederen genoemd worden; een deskundige op kada straal gebied kan daarom steeds den rechter voorlichten. Is het niet te vreezen, dat de meer eenvoudig opgeleide landmeter van het Kadaster als deskundige op den achtergrond zou gesteld worden Zulks komt der commissie ongewenscht voor. Bovendien ge beurt het dikwijls, dat bij den verkoop van terreinen de opper vlakte in de koopakte geraamd wordt en dat de clausule wordt opgenomen, «de koopprijs wordt berekend naar de oppervlakte, zooals bij latere opmeting vanwege het Kadaster zal worden vastgesteld.» Men neemt juist de kadastrale gegevens als de juiste aan; zou in de toekomst het Kadastrale Rijksarchief, (de uitkomsten van alle kadastrale opmetingen worden op de gemeentehuizen elk jaar gedurende één maand ter visie gelegd) afhankelijk moeten worden van de controle der meer deskundige landmeters in dienst van provincie, gemeente, waterschap, of particuliere onderneming? Zulks ware niet te wenschen. De Staat houdt door zijn Kadaster een meetinstituut in stand, dat het publiek niet alleen objectief moet kunnen inlichten, maar ook minstens zoo goed als een particuliere instelling. De door ons recht gehuldigde beginselen van publiciteit en specialiteit maken dit noodzakelijk. Noodwendig moet dus de opleiding van de landmeters van het Kadaster op gelijken voet staan met die van hunne vakgenooten. Eventueele vereenvoudiging van de opleiding van de landmeters van het Kadaster, zou noodzakelijk leiden tot tweeërlei opleiding van landmeters. (Het is toch niet denkbaar, dat de opleiding van particuliere landmeters door den Staat zou worden prijs ge- gegeven, om terug te keeren tot den ongewenschten toestand, welke bestond vóór de instelling van den landmeters-cursus te Wageningen.) Waar zou deze plaats moeten vinden? De parti culiere in Wageningen en de Rijksopleiding in Delft of den Haag?

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1928 | | pagina 90