121
missie echter niet tot een definitieve oplossing gekomen, al meende zij,
dat b.v. de grijsdrukken van de topografische kaart vermoedelijk als
grondslag kunnen dienen, zoodat de vervaardiging van een boschkaart
niet tot hooge kosten zal leiden. Zij meent echter, dat het gewenscht en
noodig is, dat ten deze enkele proeven genomen worden, in dien zin,
dat van één of enkele kadastrale districten een boschkaart zal worden
vervaardigd, alvorens wordt overgegaan tot de samenstelling van zulk een
kaart voor het geheele land. Daarbij zal dan tevens beslist moeten worden,
welke gegevens over boschgesteldheid en eigendomstoestand op de kaart
zullen worden aangegeven.
Behalve de bosschen zullen ook de woeste gronden op de kaart moeten
worden gebracht.
De Commissie nam kennis van enkele buitenlandsche boschkaarten
(Baden, Saksen) en zag daaruit, dat zeer verschillende opvattingen mo
gelijk zijn.
Aangezien thans geen beslissing terzake genomen kan worden, meent
onze Commissie Zijne Excellentie den Minister van Binnenlandsche Zaken
en Landbouw in overweging te mogen geven haar permanent te verklaren,
tot ook over deze aangelegenheid zal zijn beslist.
XIV. EEN VASTE COMMISSIE VOOR DE BOSCHSTATISTIEK.
Zooals uit het vorenstaande reeds blijkt, is onze Commissie van meening,
dat een boschstatistiek voor ons land op eenvoudige wijze zal moeten
worden opgezet en dat zij gaandeweg, al naar de ervaring leert en voort
bouwende op hetgeen is verkregen, kan worden uitgebreid. Ook is dit
het geval met de samenstelling van een kaart, die de ligging en zoo mo
gelijk ook den eigendom, den bedrijfsvorm en de boomsoorten, waaruit
de bosschen bestaan, behoort aan te geven, doch waaromtrent, zooals
reeds is gezegd, voor een klein gedeelte van ons land eerst een proef
dient te worden genomen.
Een en ander kan volgens onze meening slechts tot zijn recht komen
door het in het leven roepen van een vaste Commissie, die studie maakt
van alles, wat betrekking heeft op het samenstellen en publiceeren van
een statistiek van onze bosschen en woeste gronden en die den Minister
desgevraagd of uit eigen initiatief daaromtrent van advies dient.
Deze Commissie zal den Minister de noodige voorstellen hebben te
doen omtrent de inrichting der statistiek, opdat deze zooveel mogelijk
zal voldoen aan de eischen, die uit praktische en wetenschappelijke over
wegingen aan haar gesteld mogen worden.
Zij zal bij voortduring moeten overwegen, welke wijzigingen gewenscht,
welke aanvullingen noodig en welke vereenvoudigingen mogelijk zijn.