J. M. Tienstra, idem te Amsterdam en
F. Harkink, idem te Rotterdam.
De Commissie werd op 14 Nov. 1928 te 's-Gravenhage door
den Heer H. J. Pieters namens het Bestuur geïnstalleerd.
Bij onderling overleg was het lid L. Bakker bereid het Voor
zitterschap op zich te nemen, terwijl het lid F. Har kink zich
met het Secretariaat belastte.
Teneinde zich van haar taak te kunnen kwijten, heeft de
Commissie aan de districtslandmeters vragenlijsten gezonden.
Hierdoor meende de Commissie het best op de hoogte te komen
van de bestaande toestanden. De antwoorden, die binnenkwamen,
waaronder vele uitvoerige, hebben aan deze verwachting voldaan
en dienden dan ook als grondslag voor de verdere besprekingen.
De Commissie stelt er prijs op, haar erkentelijkheid uit te spreken
tot degenen, die op deze wijze hebben medegewerkt tot bereiking
van het resultaat.
Allereerst blijkt uit de ingekomen berichten, dat de plaatselijke
toestanden zeer veel verschillen, en ook, dat de opvattingen van
de verschillende Landmeters sterk uiteenloopen.
Van een eenigszins georganiseerde samenwerking tusschen het
Kadaster en de Gemeenten is slechts in weinig districten sprake.
Op enkele plaatsen (b.v. Zutphen) bestaat de hulp van de Ge
meentebesturen in het beschikbaar stellen van verzekerings
materiaal en, zooals in Eindhoven, bovendien in het verschaffen
van meetarbeiders. Er zijn slechts 2 plaatsen: Amsterdam en
Haarlem, waar de samenwerking een anderen vorm heeft. Deze
Gemeenten hebben het nut ingezien van de indienstneming van
goed onderlegde geodetische ambtenaren. Hier is dan ook werkelijk
sprake van samenwerking door twee min of meer gelijkwaardige
instellingen, die eikaars werk kunnen waardeeren en gegevens
met elkaar kunnen uitwisselen. Ongetwijfeld is in te zien, dat
dit bovendien de taak van den districtslandmeter zeer veraange
naamt en de geregelde afdoening van het werk ten goede komt.
De moeilijkheden toch, die de Landmeter van het Kadaster bij
zijn werk ondervindt, spruiten meest voort uit ondeskundigheid
van de personen, waarmede hij in aanraking komt.
Over het algemeen bestaat het Gemeentepersoneel, dat belast
is met landmeetkundige werkzaamheden, uit technische ambtenaren
126
