198 Art. 3. De directeur van het kadaster wordt in zijn normale taak door twee inspecteurs bijgestaan. Deze maken, samen met hem en onder zijn voorzitterschap, den be stuursraad uit. Art. 4. De inspecteurs hebben den rang en de wedde van de be waarders van het kadaster. Art. 5. De inspecteurs gaan in tweeden rang de werkzaamheden van de controleurs en, in eersten of tweeden rang, al naar het geval, die van landmeters na. Van de uitkomst hunner verrichtingen brengen zij verslag uit bij den directeur van het kadaster door bemiddeling van den bewaarder in wiens ambtsgebied zij hun toezicht hebben uitgeoefend. Art. 6. Het personeel van de hoofddirectie behelst, bovendien, een bureelhoofd ter directie, twee landmeters, een surnumerair en twee teeke- naars-expeditionnairs. Deze beambten behouden de aan hun graad in de buitendiensten ver bonden wedde. Gedurende hun detacheering bij de hoofddirectie, mogen het bureel hoofd, de landmeters en de surnumerairs een ancienniteitsbonificatie van twee jaar genieten. Art. 7, 1. Een raad van toezicht over het technisch gedeelte van het kadaster wordt het stand gebracht in het Ministerie van Financiën. Deze raad bestaat uit vijf leden: den directeur, de inspecteurs en twee professoren in de geodesie, gekozen uit het onderwijzend personeel van de universiteiten en de militaire school. Een der professoren enz. 3. Worden aan den raad van toezicht onderworpen, de quaestiën betreffende: 1°. Het opmaken van het programma voor het vergelijkend examen tot aanwerving van personeel alsmede voor de vakexamens; 2°. De herziening van het reglement voor de bewaring van het kadaster; 3°. Het verbinden van het kadasterverrichtingen met de algemeene aarddriehoeksmeting van het rijk; 4°. Het verplicht afpalen van de perceelen, inzonderheid van de rijks goederen en van het privaat domein der openbare besturen; 5°. Het in overeenstemming brengen van de kadastrale plans met het kaartenboek der buurtspoorwegen en de beschrijvingsstaten der onbe vaarbare en onvlotbare waterloopen; 6°. Het specificeeren van de kadastrale perceelen voor de openbaar heid van de privilegiën en de hypotheken, inzonderheid, met betrekking tot de woningen voor meerdere gezinnen;

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1930 | | pagina 202