199
7°. Het bepalen en het herzien van de inkomsten uit de perceelen
8°. De bewaring, de herstelling en de vernieuwing van het in de ge
meenten neergelegd archief en dito plans;
9°. De wederinvoering van een officieelen vermenigvuldiger;
io°. De ruilverkaveling van het grondeigendom;
ii°. De bijzondere werkzaamheden van de landmeters van het kadaster.
Art. 8. Er is, ter hoofdplaats van elke provincie, eene bewaring van
het kadaster.
De gewestelijke bewaringen worden echter bij overgangsmaatregel ge
handhaafd daar waar zij werden gevestigd.
Art. 9 I. De bewaarder zorgt voor den goeden gang van den dienst
in zijne bureelen en gaat ter plaatse, over de gansche provincie, de uit
voering, naar al de graden van de hiërarchie, van de verrichtingen be
treffende het kadaster na.
Hij richt zijne rondreizen derwijze in dat hij telkenjare de verrichtingen
van den controleur en ten minste alle twee jaar die van de landmeters
nagaat.
Aan de inspecteur van zijn gewest geeft hij de landmeters aan van
wie hij, desvoorkomend, de werkzaamheden binnen den reglementairen
termijn niet kan controleeren.
2. Gedurende zijn afwezigheid wordt de bewaarder door het bureel-
hoofd ter directie vervangen.
Art. io. In elke bewaring worden het rechtstreeksch toezicht over
het personeel en de werkelijke leiding van de bureelwerkzaamheden aan
het bureelhoofd toevertrouwd.
Deze teekent de uittreksels uit en de afschriften van de kadaster
bescheiden; hij zogt ervoor dat de kosten ervan op het reglementair
tijdstip bij den ontvanger der rechtstreeksche belastingen worden gestort.
Art. ii, i. Voor de uitvoering van de technische werkzaamheden
van het kadaster worden de gemeenten van het rijk in kadasterressorten
ingedeeld.
Het bestuur van deze ressorten wordt toevertrouwd aan landmeters en,
bij ontstentenis, aan surnumerairs.
De ressorten van een provincie worden gegroepeerd in één of meer
controles.
Uitzonderingsgewijs mag een controle tot verschillende provincies be-
hoorende ressorten begrijpen.
2. De huidige samenstelling der ressorten en der controles van het
kadaster wordt voorloopig gehandhaafd.
Art. 12. De controleur gaat al de verrichtingen van de verschillende
ressorten van zijn ambtgebied tot in de bijzonderheden na.
Art. 13. In de buitendiensten bestaat het personeel van het kadaster