38 Men neemt nu aan, dat de driehoekspunten geprojecteerd op het niveauvlak zullen liggen op de aangenomen omwentelings- ellipsoide, maakt de gegevens overeenkomstig deze aanname sluitend en berekent van alle punten hun plaats op de ellipsoide. De richting van de meridiaan in een punt der ellipsoide (de snijlijn van de ellipsoide met het vlak gaande door het punt en de kleine as) is de geodetische noord-zuidlijn. Het geodetisch azimuth in A van een lijn die 2 punten A en B op de ellipsoide verbindt, is de hoek tusschen het geodetisch noorden en de geodetische lijn tusschen A en B op de ellipsoide getrokken. In het uitgangspunt wordt het geodetisch azimuth gelijk gemaakt aan het vastgestelde astronomische. Het geodetisch noorden hangt dus af van de meting van het driehoeksnet, van de aangenomen waarden van de lengte en breedte van het uitgangspunt, van de aldaar aangenomen noord richting en van de gekozen ellipsoide. Zoolang deze grootheden dezelfde blijven, blijft het geodetisch noorden onveranderd. Wanneer een ellipsoide wordt aangenomen, die goed bij den aardvorm aansluit, is het belangrijkste verschilpunt daarin gelegen, dat de loodrichting, waarop de bepaling van het vlak van den horizon berust bij de astronomische meting, niet geheel overeen komt met de normaal op de aangenomen eilipsoide. III. Onder kaartnoorden verstaat men de richting van een der coördinaten-assen van de kaart, waarop de bovenbedoelde ellipsoide wordt afgebeeld; meestal is het de afbeelding in de kaart van de geodetische meridiaan door het punt van uitgang. In de stereografische projectie der R D is de Y-as de afbeelding van de geodetische noordrichting in het punt Amersfoort I. In de projectie van Bonne van de kaart van Krayenhoff is de noordrichting de afbeelding van de geodetische meridiaan van het punt Amsterdam (Westertoren). Het kaartnoorden hangt dus af van de gegevens, die het geo detisch noorden bepalen en van de kaartprojectie. IV. Onder magnetisch noorden verstaat men de richting, die wordt aangegeven door de Noord (zoekende) pool van een in het midden draaibare magneet. Magnetisch azimuth van de lijn A B is de hoek tusschen de magnetische noordrichting en de richting A B in A gemeten. Deze noordrichting wordt weer door waarneming bepaald,

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1930 | | pagina 42