de kosten van aanschaffing der instrumenten voor tachymetrie voor vele kantoren spoedig zijn bespaard. Voor de tachymetrie zijn noodig: Een gewone goede theodoliet, die hiervoor is in te richten, een horizontale baak met statief, liefst 5 statieven en verder een centreeringsinstrumentje, plaatjes enz. Nu ik het over onze outilleering heb zou ik hierop nog iets verder willen ingaan. Daar de vervoer-kwestie door gebruik van een auto geen groote rol meer behoeft te spelen, lijkt het mij, afgezien van tachymetrie, waarbij lengte- en hoek-meting tegelijk profiteeren van de door arbeiders te «nagelen» statieven, ook voor gewone hoekmeting zéér economisch om over 4 a 5 statieven te beschikken. Waar bij het richten op statieven niet diè uiterste zorg aan het nagelen behoeft te worden besteed (behoudens punten waar onderbroken wordt) kan dit opstellen geheel aan arbeiders worden overgelaten. Een statief met inschuifbare pooten en speciaal het statief van Professor Dieperink, kan door een gewonen arbeider snel worden opgesteld en het bleek mij, dat dit in een halven dag is aan te leeren. Behalve dat bij het richten op statieven de nauwkeurigheid der hoekmeting tot bijna eiken gewenschten graad is op te voeren, heeft deze methode het voordeel dat men in een dag ongeveer twee maal zoo veel afdoet als bij gebruik van één statief. W. R. Smits. Arnhem, Januari 1930. GRENSAANWIJZING. Het moet voor hen, die na eene opleiding waarbij het be grip «nauwkeurigheid» de schering is, waarop de geodetische wetenschappen als inslag worden geweven eene ontgoocheling zijn, wanneer zij, bij het zetten der eerste schreden op hunne kadastrale loopbaan, kennis nemen van de hoedanigheden van het gros der kadastrale plans. 6i Kapituleeren wij geen oogenblik met het onvolkomene Pierson.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1930 | | pagina 65