ontdekt de grootste misere voor partijen veroorzakende - nog belangrijk meer zou dalen, dan de eerste categorie. Het eenigszins meerdere werk, dat een grondig terreins onderzoek zal veroorzaken weegt m.i dubbel en dwars op tegen de meerdere zekerheid, die men het publiek, dat een zoo groot vertrouwen in de arbeid van den notaris en het Kadaster stelt, verschaft. Nijmegen, Februari '31. A. GOVERS. Op bladzijde 98 van jaargang 1930 van dit tijdschrift geeft S. Eisen ga een algemeene methode voor de oplossing van dit soort vraagstukken; J. F. Greve wijst hierop. Wij ontvingen zeer veel verschillende oplossingen, waaronder zeer ingewikkelde. De namen van de inzenders zijn A. A. Al/erink (3 0pl-)> J. C. BloosK. Doekes, J. J. Gorter (3 opl.), J. F. Greve (4 opl.), N. D. HaasbroekC.J. KluversD.J. Luiten, P. Rietsema (2 opl.) Onder alle oplossingen vonden wij de hier volgende van J. F. Greve het aardigste en eenvoudigste. gebracht tot het volgende Op een richting naar A zijn in de punten S en T, gelegen op een afstand l gemeten de hoeken 0 en s. A, B en C zijn bekende punten. Gevraagd de coördinaten van S en T. Voor dit vraagstuk zijn soortgelijke oplossingen te geven als voor het Snellius-vraagstuk. MATHEMATISCHE PROBLEMEN. Oplossing van het vraagstuk van blz. 61. Van APQR zijn gegeven de hoeken en het oppervlak. De zijden zijn dus te berekenen. De richtingen QB en R C snijden richting P A in S en T. P S is te berekenen als zijde in APQS, waarom bekend zijn één zijde en de hoeken. Evenzoo is P T te berekenen in A R P T. Het stuk S T is dus bekend. Het vraagstuk is nu terug- 129 X2 -j- /3l l8o°; «3 -j- y-y 1800)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1931 | | pagina 159