eigendom daarvan in ieder geval door verjaring heeft verkregen. Het Haagsche Hof behandelde deze zaak zéér uitvoerig en gaf ook aan het standpunt van den heggehakker zijn volle aandacht. Hetgeen het Hof daaromtrent overwoog, is voor wat het betreft het Kadaster zóó interessant, dat ik dit hier in extenso wil laten volgen. Het Hof overwoog n.l. dat de geintimeerde (dat is de gedaagde in hooger beroep tot deze daad is overgegaan, toen hem was gebleken, dat de heg niet stond op de bij het kadaster bekende grens der beide perceelen, doch aan zijne zijde van die grens en wel op zijn meest 0.75 M. daarvan verwijderd, zoodat hij daaruit meende te mogen afleiden, dat de heg, althans dat stuk dat hij heeft doen omhakken, geheel op zijn grond stond en dus zijn uitsluitend eigendom was, waarover hij naar believen kon beschikken dat echter uit het getuigenverhoor is gebleken, dat aan het vermoeden, dat de geintimeerde tot zijn voordeel aan het kadaster meent te kunnen ontleenen, geen kracht toe komt; dat toch Mr. J. Best, die op 1 Febr. 1929, toen nog landmeter bij het kadaster, de kadastrale grensscheiding tusschen de beide hier bedoelde perceelen heeft aangewezen, als getuige heeft verklaard, dat die grensscheiding is de zoogenaamde minuutgrens, d.w.z. de grensscheiding, zooals die tusschen 1815 en 1820, toen hier te lande voor het eerst een kadaster werd opgemaakt, is vastgesteld; dat zulk een minuutgrens niet nauwkeurig kan worden genoemd, omdat het kadaster destijds slechts ten behoeve van de heffing der li grondbelasting diende, volgens de voorschriften de grens scheidingen van onbebouwde eigendommen mochten worden vastgesteld met een speling van 1 M. en de landmeters zich bij hun opnamen gewoonlijk lieten voorlichten door den Burgemeester of veldwachter ter plaatse en de eigenaars daarbij niet steeds werden gehoord; dat Mr. J. Best op de onnauwkeurigheid der minuutgrens opmerkzaam heeft ge maakt en gewaarschuwd heeft, om geen maatregelen ten opzichte van de heg te nemen, zulks speciaal met het oog op het te zijner kennis gekomen plan van geintimeerde om de heg om te hakken; i77

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1931 | | pagina 215