ïgg voor U van het officieele verslag- daarvan had kunnen kennis nemen, schreef U de brief, waarin U vraagt: la mort sans phrase! Ik dacht terug aan een vroegere vergadering in 1912, waarvan Uw gesproken woord mij bijbleef: «gij zijt een vereeniging van intellectueelen». Intellectueelen trachten door gemeenschappelijk onderzoek, door logisch redeneeren, door toetsing en overtuiging tot een conclusie te komen. Gij echter stelt thans voor dat alles in de plaats: het aantal! ^Vat zou het ons niet veel liever zijn Uw gedocumenteerde beschouwingen te mogen lezen! Stemmen! Hoe moeilijk, als de begrippen, waarover gestemd moet worden, niet scherp omlijnd zijn. Gaarne wil ik mijn inzichten uiteenzetten met de stille hoop, dat U mijn beschouwingen zult corrigeeren. De tegenwoordige organisatie dateert van 1844. De taak, welke het kadaster thans in de maatschappij vervult, is onver gelijkelijk belangrijker dan toen. De landmeetkunde is gegroeid van een handwerk tot een wetenschap. Maar de functie van landmeter is in organisatorisch opzicht ongewyzigd gebleven. En nog zijn er, die daarmee vrede hebben! Ook in de vierjarige periode, dat wij een zelfstandige afdeeling Ka daster aan het Departement hadden, is er geen reorganisatie voorbereid. Zulke feiten kan ik slechts verklaren uit de functie, welke het ambt van I. V. vervult. Deze maakt naar boven een krachtige centrale leiding onmogelijk en belet naar beneden regeling van het ambt van landmeter in overeenstemming met werkkring en opleiding. Geen reorganisatie zal m.i. dan ook aan het doel be antwoorden, indien niet het ambt van I. V. geheel los gemaakt wordt van de dagelijksche uitvoering. Daarvoor moeten dan nieuwe eenheden komen groot of klein. Aan de hoofden van die eenheden, thans divisies, in de toekomst districten, bureaux of hoe ze anders mogen heeten, is of wordt de gezagstaak over gedragen en de verantwoordelijkheid opgelegd. Dat noem ik Hoofden van dienst. Zoo ver ga ik dan ook, dat ik me geen organisatie kan denken zonder Hoofden van dienst. In Rotter dam heb ik op die grond het bestuur in overweging gegeven het vraagpunt voor of tegen Hoofden van dienst te wijzigen. Nu U het ongewijzigd overneemt zult U mijn moeilijkheid be grijpen, want wie voor districtshoofden is moet ook voor hoofden van dienst zi/'n!

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1931 | | pagina 239