District of bureau? Er heerscht geen eenstemmigheid over het begrip district, maar waar Uw oproep mede onderteekend is door alle leden der afdeeling Arnhem, ben ik zeker gerechtigd de districten door die afdeeling bij circulaire van 14 Aug. j.l. gepreciseerd, als grondslag van bespreking te nemen. Het voornaamste van die districten is: i°. De helft van het aantal landmeters wordt toegevoegd aan de andere helft. 20. De naziening, zoo vaak een steen des aanstoots, blijft be staan (dus ook de gedeelde verantwoordelijkheid) nL naziening door een collega, en bovendien repressief toezicht van den I.V. Als de landmeters met 10 a 40 dienstjaren nog niet op eigen beenen kunnen staan, ziet het er wel indroevig uit met het corps of moet hun taak wel geweldig moeilijk zijn! En repressief toezicht, wat verstaat de afdeeling daaronder? Ik zou zeggen, van tweeën een: of inzage van alle metings- staten, nadat de gegevens vastgesteld zijn en dan krijgen we twee volledige instanties van naziening ter vervanging van de ééne van thans, of inzage voorzoover die uit de hiërarchische positie van den I.V. voortvloeit, en dan wordt deze van het meest tijdroovende werk ontlast, waardoor het «verdere inkrimping (van het aantal divisies) zou niet te verdedigen zijn» lichtelijk onbegrijpelijk wordt. Daarnaast de bureaux. De functie van den I. V. wordt naar boven gedrukt, los ge maakt van de uitvoering, zoodat niet hij, maar de landmeter ver antwoordelijk wordt voor de opgemaakte metingsstukken. Met het beëindigen van die hoofdzaak, z'n tegenwoordige verant woordelijkheid, eindigt ook het accessoir daarvan, de naziening, automatisch. Wat daarvoor in de plaats komt heeft een geheel ander karakter, mag dan ook geen naziening (ook niet repres sieve) heeten. De I. V. wordt de band tusschen Hoofdbestuur en bureaux, waardoor een krachtige leiding in de plaats kan komen van de acht autonome rijkjes van thans. De landmeters, hoofd van een bureau, krijgen een positie in overeenstemming met opleiding, kennis en ervaring. De beginselen, welke ten grondslag liggen aan het Min. Besl. van 18 Dec. zijn m. i. volkomen in overeenstemming met de 200

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1931 | | pagina 240