iö4
is ontstaan, hij een goed teekenaar kan wezen, maar
Wat kost dat!
Thans kost het opleiden van een teekenaar aan het Rijk
nagejioeg niets, maar wat zal die nieuwe door het Rijk opgeleide
ambtenaar kosten voordat hij klaar afgeleverd wordt!
En de latere veldassistent die uit de teekenaar weer geschapen
wordt, wat zal die per slot gekost hebben!
Waarlijk, een leek kan begrijpen dat met deze eersteling op
het gebied der bezuinigings-personeelsreorganisatie het Trojaansche
paard wordt binnengehaald en de uitgaven voor den kadastralen
dienst stijgen inplaats van dalen.
Bezien wij dit wat nader. Volgens art. 132 f van genoemd
K. B. moet de aanstaande teekenaar om in opleiding genomen
te kunnen worden eerst zijn Rijksklerk, d. w. z. Rijksklerk der
Directe Belastingen, Invoerrechten en accijnzen of der Registratie.
Daar bij het dienstvak der Directe Belastingen, Invoerrechten en
accijnzen het aantal klerken vele malen grooter is dan bij het dienst
vak der Registratie (waarvan het Kadaster weer een klein onderdeel
uitmaakt) is te verwachten dat onder de toekomstige teekenaars
zullen zijn vele belastingklerken en weinigen van het Kadaster.
Had men om voor de opleiding in aanmerking te kunnen
komen nog maar de eisch gesteld «eenige kennis van het Kadaster»,
en dit zou toch niet onredelijk geweest zijn, wanneer men
teekenaars van het Kadaster gaat vormen, dan zouden tenminste
in opleiding komen alleen zij die iets van dat Kadaster weten.
Het examenprogramma dat over de toelating tot opleiding beslist
(art. 132 g) omvat alleen schoolvakken en dus zullen verreweg
het meerendeel belastingklerken, die nog nimmer den voet over
den drempel van het Kadaster gezet hebben, omgeschapen moeten
worden tot ambtenaren van het Kadaster.
Dit kan natuurlijk, alles kan! Het is ook mogelijk om bij
voorkeur korporaals van de Infanterie op te leiden tot onder
officier van de Marine, hoewel misschien meer geschikt daartoe
zijn korporaals van de Marine. Beide zijn korporaal en beide
ressorteeren onder één Departement van Defensie, en ook zijn
er meer korporaals van de Infanterie dan van de Zeemacht.
Zoo ook hier. De belastingklerken en die van het Kadaster
behooren beide onder één opperste leiding en ook zijn er meer
belastingklerken dan kadasterklerken. Dus kan het.