didaat te stellen voor Voorzitter der vereeniging en, voor het
geval deze gekozen mocht worden, den heer J. F. Jongedijk
voor Secretaris. Op de tweede vergadering werd de heer O. J. Jonas
candidaat gesteld voor bestuurslid der vereeniging en de heer
S. Eisenga voor redacteur. Uitvoerige besprekingen werden
gewijd aan de Hoofden van dienst en de veldassistenten. Besloten
werd, dat de afdeeling een boottocht door de Rotterdamsche
havens zou aanbieden aan de Alg. vergadering. Op de derde
vergadering werd de agenda der Alg. verg. besproken en werd
besloten een voorstel te verdedigen om het Bestuur uit te noodigen
weer in de eerste plaats actie te gaan voeren voor de Wet op
de grensregeling.
He boottocht en het bezoek aan Waalhaven ter gelegenheid
van de Alg. vergadering, te Rotterdam gehouden, zijn door gunstig
weer en zeer groote deelname als zeer geslaagd te beschouwen.
A/d. Zutphen. De afdeeling kwam in het afgeloopen jaar
tweemaal bijeen, nl. op 28 Augustus en 21 December. Op de
eerste vergadering werd de agenda der Algemeene vergadering
besproken, terwijl in plaats van het zittende bestuur, dat zich
niet herkiesbaar stelde, werden gekozen: Jongedijk voorzitter,
Rethmeier penningmeester en Greve secretaris. De tweede
vergadering was voornamelijk gewijd aan het instituut-hoofden
van dienst en het wijzigings- en aan vullings-ontwerp Ambtenaren-
besluit-belastingdienst.
Afd. Groningen-Drenthe. In dit jaar verwisselde door het
bedanken van den heer Kluvers de afdeeling van voorzitter en
werd het presidium opgedragen aan collega Jonas. De heer
Oldenziel, I. V. te Groningen herdacht zijn 40-jarig kadaster
jubileum, terwijl aan collega Kluvers de eer te beurt viel, dat
aan hem het lectoraat te Wageningen werd opgedragen. Er
werden in deze periode 3 vergaderingen gehouden, te weten op
29 Augustus, 5 Januari en 5 Maart. In het middelpunt der be
spreking stonden steeds de beide vraagstukken omtrent de hoofden
van dienst en dat der veldassistenten. Ook werd een poging
gedaan, het vraagstuk der Wet op de grensregeling nieuw leven in
te blazen, maar na ampele bespreking werd hiervan teruggekomen.
Op het gevraagde advies voor de commissie voor G. O. gaf
onze afdeeling als hare meening te kennen, dat de bestaande
167