i77 het eerst aan te vatten en zal ons oude Kadaster bijtijds gezorgd hebben voor goede kaarten, perceelsgrootten en gegevens voor de grenzen, daar waar de grondprijzen en het grondverkeer deze eischen. Mr. J. H. Jonas. De Opleiding voor Landmeter. Hiermede een belofte inlossende aan den Heer Schuurman en tevens tegemoetkomende aan zijn wensch, in aflevering 2 van dezen jaargang geuit, om eens de ideeën van de overzeesche col lega's omtrent bovenstaand onderwerp te hooren, zou ik gaarne mijn opinie over onze studie in dit tijdschrift weergeven. Ik moet beginnen met de mededeeling, dat in het huishoudelijk orgaan van de Vereeniging van Hooger Technisch Personeel van het Kadaster (V. H. T. P. K.) in Indië, in verband met het voor nemen een actie te beginnen voor de 5-jarige landmetersstudie, een drietal artikelen zijn verschenen van de hand van de heeren Roelofs en Schut en van ondergeteekende over onze opleiding. Het H. O. wordt echter afzonderlijk uitgegeven en is uitsluitend voor de leden bestemd, wat de oorzaak is, dat onze Hollandsche collega's daarvan geen kennis konden nemen. De «algemeene stilte» geldt dus niet voor Indië. Thans, nu een actie voor verlenging van de studie in dezen tijd van depressie als een wreede ironie zou klinken, wordt voor- loopig dit punt van het programma afgevoerd, tot er betere tijden komen. De naopleiding voor den Wageningschen Indischen landmeter duurt 15 maanden, als volgt verdeeld: 4 maanden detailmeting 3 plaatsing op de afd. eigendom van de kadastrale Bewaring te Weltevreden; 2 plaatsing op de afd. er/pacht van bovengenoemd kantoor; 1 maand erfpachtsmeting; 1 trianguleeren; 2 maanden berekening triangulatie; x maand berekening polygoneering; 1 kaarteeren.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1932 | | pagina 177