n.l. het voorwaarts insnijden, daarbij uitgaande' van een m.f. in
de gemeten hoeken van o.i °/oo.
Constructie van den foutenveelhoek.
In afb. i zijn A en B de bekende punten en Chet door voorwaarts
insnijden verkregen punt. Gemeten worden de basishoeken x en [3.
Bedragen de m.f. in deze 2 hoeken
elk o.i °/oo dan is de foutenfiguur
voorloopig gevonden als parallelogram
D E F G door zoowel links als rechts
van de richtingen A C en B C stuk
ken af te zetten respectievelijk groot
AC BC
enDe zijden van dit
io ooo io ooo
parallelogram raken aan de fouten-
ellips, waarbinnen 70 °/o der mo
gelijke punten C zijn gelegen. Dia
gonaal G E is raaklijn aan den
omgeschreven cirkel van A A B C,
zoodat ^ECB De middelbare
fout in den tophoek y zal bedragen
2 o, 12 o, 1 2 °/oo d.w.z. dat
C kan gelegen zijn op 2
cirkelomtrekken
driehoeken,
V 0,1
het punt
K H en NO die omgeschreven cirkels
zijn van 2 örietioeken, waarvan de tophoeken respectievelijk
0,1 2 °/oo kleiner of grooter zijn. K H en N O stellen de raak
lijnen voor aan de bedoelde cirkels en kunnen wegens de geringe
verandering van y evenwijdig getrokken worden aan G E.
Constructie van de ellips.
Ieder parallelogram, waarvan de zijden raken aan een ellips,
geeft door zijn diagonalen de richtingen van 2 toegevoegde
middellijnen aan die ellips. GE en F D zijn dus toegevoegde
middellijnen aan de 70 °/o-foutenellips. Zijn de lijnen AC en BC
ook toegevoegde middellijnen aan die ellips? Dit is inderdaad
het geval, aangezien b.v. K H van de halve diagonaal C D een
stuk CT afsnijdt, dat gelijk is aan CW v 2. Deze eigenschap
is het gevolg van de omstandigheid, dat een ellips kan beschouwd
23 2