reeds zijn deugdelijkheid heeft bewezen juist in de landen met de
hoogste en oudste kadastrale beschaving:
le. Pruisen: Het Pruisische „Katasteramt" komt in omvang
vrijwel overeen met het Nederlandsche landmetersdistrict.
De „Katasterdirektor" is zelfstandig hoofd. Hij wordt bij
gestaan door lager, in de praktijk gevormd personeel, in
sommige gevallen tevens door een jonge „Landmesser", die
na afgelegd examen en na eenige ambulante jaren op een
vaste benoeming tot Katasterdirektor kan rekenen op onge
veer 35-jarige leeftijd.
2e. Zweden: Uitvoerende eenheden: de districten. Aan het hoofd
een geheel zelfstandig, alleen-verantwoordelijk districtsland
meter. Zijn uitspraken hebben zelfs kracht van vonnis in
eerste instantie. Benoeming op 35 a 40-jarige leeftijd. Bij
gestaan door enkele lagere technische krachten en soms door
jonge landmeters-surnumerair.
3e. Zwitserland. Het land der particuliere landmeters, waar het
bedrijf dus stellig op economische wijze is ingericht. Als
eenheid weer: één zelfstandig werkend landmeter, geassisteerd
door eenvoudige krachten.
Al deze organisaties zijn van de laatste 12 a 20 jaren en zijn
dus een afspiegeling van de tegenwoordige denkbeelden in het
buitenland.
Daarom nogmaals:
Tégen hoofden van dienst en vóór zelfstandige districts
landmeters".
12 Januari 1932. De Landmeters te Zutphen.
Hoofden van Dienst.
Nu de discussie over het instituut „Hoofden van Dienst" weer
heropend is, kunnen ondergeteekenden niet nalaten nog eens te
wijzen op den brief der Centr. Dir. n°. 144. d.d. 19 November 1930.
Wij kunnen in „de proef-Maastricht" niets anders zien dan een
onderzoek, hetwelk moet uitwijzen of bij het Kadaster gelijke
personeelsverhoudingen kunnen worden in het leven geroepen als
dit bij de andere dienstvakken, welke bij de Belastingen behooren,
het geval is. Daar immers bestaat dit instituut reeds langer. Het
52