56
uitgebreid werd, opdat men daar later gemak van zou kunnen
hebben, terwijl, als men er zich gemakkelijk van af had gemaakt,
het later aansluitend werk prutswerk geworden zou zijn?
Hoeveel kosten zouden er al bespaard zijn, doordat de land
meter een uurtje, dat hij over had na een P. W. van 5 velduren,
nog nuttig wist te besteeden.
En toch hangt dit alles af van de „handigheid" of laten
we het liever noemen van 't verantwoordelijkheidsgevoel van
den uitvoerenden landmeter. Maar waarom dan een ander (die
er niet den minsten invloed op uitoefenen kan) verantwoordelijk
gesteld Zou er, door een ander verantwoordelijk te stellen voor
iets waar hij niet voor verantwoordelijk kan zijn, heusch geen
gevaar bestaan, dat die „handigheid verloren gaat Professor
Heuvelink noemde als een der factoren, die de nauwkeurigheid
eener waarneming beïnvloeden, den gemoedstoestand van den
waarnemer, Nu zal die gemoedstoestand wel geen fouten ten
gevolge hebben, maar het ontnemen van verantwoordelijkheids
besef zal toch wel van invloed zijn op het werk. Of moeten
wij weer terug naar de werkwijze van een halve eeuw geleden,
toen men zich tevreden stelde met het oplossen van het eerste
gedeelte van het drieledige probleem (het in kaart brengen) Bij
de tegenwoordige metende generatie zal dit gevaar zoo groot
wel niet zijn, omdat zij nog te veel gewend is aan het systeem,
waarbij het oude over boord geworpen is, maar het komende
geslacht zal zich waarschijnlijk geheel richten naar de letter van
het voorschrift en kent geen usance.
Alleen de landmeter, die het werk uitvoert, kan het werk in
zijn district regelen en niemand anders. Maar dan moet men dat
ook officiéél toegeven en geen hoofd van dienst verantwoordelijk
stellen voor de hoedanigheid en de hoeveelheid van den in zijn
meervoudig district te verrichten arbeid.
Wij vragen geen zelfstandigheid om onszelf, maar in het belang
van den dienst, het publiek en de schatkist
Oosterman. Engbersen.
Meertens. Libois.
OOMES. HEIJMEL.
Allema. Oosting.