De overledene is in 1892 in dienst gekomen bij het kadaster
als adj. landmeter 3e klas. Hij werd in 1899 benoemd tot idem
2e klas, in 1902 tot landmeter 3e klas en in 1909 tot idem 2e klas.
Wegens langdurigen dienst vertrok hij in 1911 met een jaar verlof
naar Europa, kwam in 1912 terug, waarna hij in 1916 benoemd
werd tot bewaarder bij het Kadaster. In 1917 volgde zijn be
noeming tot waarnemend Inspecteur, en in 1918 tot Inspecteur.
Het jaar daarop vertrok hij wederom met verlof en na terug
komst is hij in 1921 benoemd tot Hoofd van den Kadastralen
dienst. Op 7 Augustus 1931 is zijn tienjarig jubileum gevierd
als Hoofd van den Kadastralen dienst en op 31 December 1931
is hem op zijn verzoek eervol ontslag verleend onder dankbetuiging
voor de gewichtige diensten aan het land bewezen. Tevens werd
hij toen benoemd tot ridder in de orde van den Ned. Leeuw.
In 1925 was hem reeds het officierskruis van de Oranje Nassau-
orde verleend.
Benoemd tot hypotheekbewaarder te Amsterdam, de hypotheek
bewaarder A. Buning te 's Hertogenbosch.
Benoemd tot landmeter van het Kadaster:
K. J. Everts te Appingedam; F. G. Hassels te Hoorn; H. P.
van der Schaaf te 's Hertogenbosch, H. J. Oosting te Maastricht
le bureau, P. Feringa te Assen, C. C. Krom te Maastricht
2e bureau, F. D. Hartman te Utrecht.
Eervol ontslagen per 1 Januari 1932: de teekenaars van het
Kadaster B. Goedemoed te Leeuwarden C. F. le Roux te Assen.
Benoemd tot teekenaar der Domeinen ingaande 1 November 1931
Mej. G. Brandenburg teekenaar van het Kadaster te Eindhoven.
Overleden: de hypotheekbewaarder W. E. Duijm te Breda.
Domeinen.
De landmeter van het Kadaster M. H. Geerts is met ingang
van 1 Maart benoemd tot landmeter der Domeinen.
Topografische dienst.
Met ingang van 1 Maart a.s. is de majoor van den generalen
staf C. P. Briickel op zijn verzoek eervol ontheven uit zijn be
trekking van Hoofd van den Opnemingsdienst van den topo-
grafischen dienst en ter beschikking gesteld van den chef van den
6o
