7 Hierin overweegt de Rechtbank onder anderen: «Overwegende toch, dat eischer bij acte van 29 April 1850 niets anders heeft gekocht dan het gemelde perceel A. n° 10 zooals hetzelve op het kadastrale plan van 26 September 1853 is aangewezen (extract plan?) O. dat tot bepaling van de scheidslinie tusschen A. 10 en den tuin des gedaagden men de limiet door gemeld kadastraal plan aangewezen in aanmerking moet nemen en dat, in zooverre de scheidslinie door den tuin des gedaagden loopt, deze gehouden zal zijn om het door gemelde lijn afgesneden gedeelte van zijn tuin aan den eischer te restitueeren, enz. beveelt, dat grensteekenen zullen worden geplaatst en wel op de scheidslinie door gemeld kadastraal plan aangewezen.» W. 1865 bevat een vonnis van de Rechtbank te Arnhem van 20 November 1856 waarbij de eischer beweert dat de grens ligt buiten een op het terrein bestaande heg, terwijl de gedaagde overlegt een verklaring van den landmeter dat de heg juist op de grens staat. Eischer bood getuigenbewijs aan, dat de heg voor 20 a 30 jaren op 5 palm binnen de grens was geplant. De eisch werd afgewezen omdat hier een stuk grond werd opgevorderd wat niet in de dagvaarding stond, daar de eischer uit art. 678 afscheiding gevraagd had. In hooger beroep van deze zaak besliste het Provinciaal Hof van Gelderland echter anders. (25 April 1857. W. 1866). Aller eerst zegt het Hof, dat hier wel uit art. 678 kon worden geageerd, immers er staat een heg en dus is er een rechtsvermoeden dat deze naar art. 713 B. W. op 5 palm van de grens geplant is. Verder overweegt het Hof woordelijk «O. dat hoezeer tot het bepalen der grenzen tusschen tegen elkander liggende grondstukken de kadastrale kaarten wel tot hulpmiddel kunnen strekken, zij echter, daar, waar over den eigen dom der perceelen op zich zeiven geen verschil bestaat, geen voldingend bewijs opleveren voor eene juiste bepaling der grenzen, waarvan door eene der partijen de bepaling bij tegenspraak der andere wordt gevorderd.» Toch veronderstelt het Hof de mogelijkheid, dat de heg wer kelijk op de grens staat en gelast daarom de benoeming van 1 of 3 deskundigen om de scheidslijn op het terrein op te sporen

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1932 | | pagina 7