97 Redenen, waarom wij de vrijheid nemen, Uwe Excellentie beleefd te verzoeken, kennis te mogen nemen van den inhoud van het Rapport der Heeren W. Smit en A. C. Hof met hunne Memorie van Toelichting, terwijl wij tevens toestemming vragen, dezen inhoud aan de leden onzer vereeniging te mogen mede- deelen. 't Welk doende, enz. Het Bestuur der Vereeniging voornoemd, (w.g.) H. J. Pieters, Voorzitter. (w.g.) J. F. Jongedijk, Secretaris. 's-Gravenhage Almelo Aan Zijne Excellentie den Minister van Financiën te 's- Gravenhage. Het Bestuur der Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde (welke vereeniging werd goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 4 December 1887, n°. 23, en laatstelijk erkend bij Koninklijk Besluit van 26 Mei 1914, n°. 41) moge het vergund zijn, zich met het volgende tot Uwe Excellentie te richten. Voor de uitvoering van de metingen overeenkomstig de be palingen van de Wet op de Grondbelasting van 26 Mei 1870 (Stbl. n°. 82) hebben de landmeters van het Kadaster volgens art. 24 toegang tot de gebouwde en ongebouwde eigendommen. Voor het verkrijgen van dezen toegang hebben zij zich echter dikwijls te legitimeeren, waarvoor zij alleen hunne officlëele aan stelling kunnen gebruiken. Zij zijn nl. niet in het bezit van een eenvoudig doelmatig legitimatie-bewijs, zooals aan verschillende ambtenaren wordt uitgereikt. De officiëele aanstelling op formaat-papier is echter zeer on geschikt om steeds als legitimatie-bewijs te worden gebruikt en deze heeft door het gebruik als zoodanig zeer veel te lijden. Redenen waarom ondergeteekenden aan Uwe Excellentie beleefd verzoeken, aan de ambtenaren van het Kadaster, welke opme- 14 Maart 1032. Hofkampdwarsstraat 2 a.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1932 | | pagina 97