9
vergelijking tg d g~^T~ or e cos (P' ^an krijgt men
lgd^ tgy
q(9)
e cos cp
dus log tg d log tg cp log (g-^— 11 (10)
Wordt nu eerst log berekend, dan wordt daarbij in de
e cos cp
tafel der log. van Gauss direct log i) gevonden- dit
\e cos cp J
afgetrokken van log tg cp levert log tg d.
7-
Met minder kans op vergissingen, dan bij toepassing van de
methode van 6 sub b, wordt de herleiding van log q op de
volgende wijze bepaald.
e sin cp
tg d -
q e cos cp
dus log tg d log e -(- log sin cp log fq e cos cp).
Ontwikkelt men hierin log (qe cos 9?) volgens de reeks van
Taylor, dan geeft dit:
e cos cp e2cos2m
log (q e cos cp) log qM M
q 2 q2
e3 cos3 cp
M
of, wanneer men.M rl noteert en termen van den
q
en hoogeren graad verwaarloost:
log (q e cos cp) log q H H2 (11)
2 M
(Hierin is M 10log e! 0,4342945, de modulus van de Brig-
giaansche log., terwijl e, lim. 1 -=2,7182818, het grond
tal der natuurlijke logarithmen is. Ter onderscheiding van de
gebruikelijke notatie e voor dat grondtal en dezelfde notatie
voor de excentriciteit, wordt hier de eerste van een index
voorzien.)
.••I e sin cp
3 q3
ecosm