I-JO
lijkheid, dat de geodetische werkzaamheid voor een groot werk of voor een in
stelling zoo goed mogelijk geschiede.
Een onvoldoende voorbereiding zal op den duur onoverzienbare nadeelige ge
volgen met zich brengen en het landmeetkundig fundament zal daarom steeds zoo
gelegd moeten worden, dat het tezijnertijd aan alle daaraan te stellen eischen kan
voldoen. Samenwerking van de landmeetkundigen van verschillende diensten
zal ook een onmiskenbare voorwaarde moeten worden, om onzen arbeid zoo
doeltreffend en economisch mogelijk te maken.
Onze vereeniging streve naar coördinatie van alle landmeetkundig werk, waar
bij het kadaster als middelpunt van het stelsel" het groote geodetische archief
kan zijn.
De Voorzitter spreekt vervolgens een woord ter eerbiedige nagedachtenis van
twee der uitnemendste leden onzer vereeniging, die ons helaas in het jaar, voor
afgaande aan het 50-jarig jubileum hunner schepping ontvielen.
De heer J. J. de Koning h, oprichter onzer Vereeniging en haar eerste
Voorzitter, overleed in Februari 1933. Spr. schetst de gevoelens van weemoed,
die wij gevoelden bij het heengaan van den man, die het initiatief nam tot de stich
ting van onze Vereeniging en daardoor een nieuwe periode inluidde in Nederland
voor de beoefening der Landmeetkunde en voor de beoordeeling van de waarde
van ons Kadaster. Daarvoor zullen wij immer erkentelijk zijn en daardoor zal hij
in onze voortdurende gedachtenis blijven.
Het is een droevige coïncidentie, dat wij in ditzelfde jaar ook het verlies moe
ten betreuren van den man, die met De Koningh onze vereeniging wist te
doen uitgroeien tot datgene, wat zij thans is. De heer I. Boer H z n. overleed
op 13 Juni 1933, kort na het bereiken van zijn 80sten verjaardag.
Wat hij voor de vereeniging is geweest, weten wij allen en in de Augustus-af-
levering van het Tijdschrift is het zoo treffend sober, maar daardoor juist zoo
imponeerend uiteengezet door den heer P o 1 e. Spr. zal niet in herhalingen treden,
maar wil toch getuigen, dat met hem is heengegaan de grootste figuur op kadas
traal gebied, zoowel juridisch en technisch, als administratief. Het is voor het
Bestuur een voldoening, dat wij nog in staat waren, hem ter gelegenheid van zijn
80sten verjaardag den dank der vereeniging over te brengen.
Wij zullen onze beide groote voormannen niet vergeten, maar evenmin de ver
plichting, die zij door hun voorbeeld en hun streven op ons allen hebben gelegd:
den rusteloozen arbeid voor een goed en betrouwbaar Kadaster.
Spr. brengt vervolgens de teleurstelling in herinnering, die wij ondervonden,
toen door de benoeming van de vijf nieuwe hoofden van dienst de Administratie
duidelijk te kennen gaf, dat zij de formatie van districten volgens onze voorstellen
niet wenschte. Wij betreuren dat in de eerste plaats om het Kadaster zelf, want
juist in dezen tijd is het een vereischte, de beschikbare krachten zoo economisch
en doeltreffend mogelijk aan te wenden. En verder betreuren wij het, dat door de
departementale regeling de meerderheid der Landmeters in een afhankelijke posi
tie kan komen, ondanks de geformuleerde verantwoordelijkheid voor het werk.
Spr. wil echter niet nalaten de hoop uit te spreken, dat ons ijveren voor de
organisatie volgens onze voorstellen, nog zijn invloed zal laten gelden bij de te
verwachten regeling voor de nog te bezetten kantoren en ook bij de dienstregeling
en de dienstverdeeling door de hoofden van dienst.