een laatsten groet om de groeve op „Moscowa had verzameld,
waren o. a. aanwezig de Heeren:
J. R. de Vries, Oud-Ingenieur-Verificateur der Domeinen,
L. J. Roborgh, Ingenieur-Verificateur van het Kadaster te's-Gra-
venhage als Voorzitter en C. H. B. de Korver, Ingenieur-
Verificateur van het Kadaster te Assen als Secretaris der Ver-
eeniging van Hoofdambtenaren van het Kadaster, A. N. Hamel
berg, Ingenieur-Verificateur van het Kadaster te Arnhem, C. A.
Fetéris, Ingenieur-Verificateur der Domeinen te Nijmegen, M. A.
Holl estelle, Bewaarder van de Hypotheken, het Kadaster en
de Scheepsbewijzen te Arnhem, J. van Rijn, Oud-Boekhouder
van het Kadaster te Arnhem, Mr. A. van der Deure, Oud-
Lector te Wageningen, thans lid van Gedeputeerde Staten der
provincie Gelderland, J. M. Tienstra, Lector aan den land
meterscursus van de Landbouwhoogescnool te Wageningen en
Redacteur van het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde,
C. Kluvers, Lector aan den Landmeterscursus te Wageningen,
O. Jonas Landmeter van het Kadaster te Leeuwarden en
Voorzitter van de Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde,
H. J. Pieters, Oud-Voorzitter van de Vereeniging voor Kadaster
en Landmeetkunde, G. de Koningh, Hoofd van de fabriek voor
mathematische en geodetische instrumenten „Physica'' te Arnhem,
de Landmeters van het Kadaster: L. Bakker, H. J. Boddé,
W. P. Stakman, J. H. Pieters, W. R. Smits en F. J. Schram,
T. Polêe, Oud-Landmeter van het Kadaster en Oud-Redacteur
van het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde, benevens
vrienden en bekenden van den overledene.
Aan het graf werden op verzoek geene toespraken ge
houden: de zoon van den verstorvene dankte de aanwezigen
voor hunne deelneming.
Bogend op een scherpzinnig oordeel en een critischen geest,
bewoog de Heer Boer zich succesvol, zoowel op geodetisch als
juridisch gebied; niet immer werd het beoogde doel bereikt, doch
zijne werkzaamheid en zijn streven zijn van grooten invloed ge
weest op den ontwikkelingsgang van ons Kadaster en tot in eene
verre toekomst zal door komende geslachten van ambtenaren bij
dit dienstvak zijn arbeid worden gewaardeerd en zijn naam met
eerbied worden genoemd.
94