125 Eén inzender wil nu de fout herstellen en dus de lijn ab laten vervallen en daarvoor in de plaats stellen de lijn adc. Het ver kochte bij acte 1101/123 alleen verwijzen uit 1063, het perceel W. F. Scholthof benoorden e/ ook alleen uit 1063, het perceel be zuiden dc, van T. Scholthof, verwijzen uit 1065 en 1064 (dit laatste voor nul). De overige perceelen ten noorden en zuiden van ad wil hij als redres behandelen, maar toch vernummeren, hoewel in strijd met de I.K., alleen om doorhaling van grootten in de re gisters 69 en 69a te vermijden. Dit laatste komt ons voor, onnoodig te zijn; één keer kunnen de grootten in deze registers wel worden gewijzigd, onder verwijzing naar den post Staat 75. De moeilijkheden zouden op deze wijze al zeer eenvoudig zijn opgelost. Nu is „eenvoud het kenmerk van het ware", echter hier twijfelen we aan het „ware". Immers mogelijk was de akte van 1860 fout, of hebben rechtsvoorgangers geruild of overgedragen zonder akte. Voor de tegenwoordige eigenaren geldt sinds jaar en dag echter de lijn adc als „de" grens tusschen hun eigendommen. Het is dan ook o.i. noodzakelijk, dat beide S c h o 11 h o f's dit ver klaren in een over te schrijven akte. De andere inzender wil daartoe een „vaststellingsakte" laten op maken, een dading dus, om aan de onzekerheid een einde te maken en waarin beiden de lijn adc, als thans door den landmeter opge nomen, bindend als de grens tusschen hun eigendommen vast stellen. Men zou dan met redres plan en grootte de perceelen van W. F. Scholthof en Haarman uit 1063 kunnen verwijzen en het perceel T. Scholthof uit 1065 en 1064 voor de grootte nul. Het is dan niet noodig de akte 1101/123 te laten rectificeeren, en van eventueele bezwaardheden zou men ook geen last hebben. In plaats van deze dadingsakte, zou men ook kunnen opmaken een verklaring van eigendomsverkrijging door verjaring ten be hoeve van W. F. Scholthof, waarin deze dus aanspraak maakt op 1064 geheel, benevens noordelijke deelen van 668 en 669, en waarbij T. Scholthof medewerkt en verklaart dat de lijn adc de grens vormt. Dan is het echter noodig, de akte 1101/123 te rectificeeren en daarin te laten verklaren, dat Haarman kocht een zuidelijk af gebakend gedeelte van 1064 en niet van 1063. J.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1934 | | pagina 125