Ter overweging.
L. J. ROBORGH,
ingenieur-verificateur van het Kadaster te 's-Gravenhage.
Bij gelegenheid van het gouden jubileum onzer Vereeniging zij
het mij vergund, in dit tijdschrift enkele kerngedachten vast te
leggen.
Terecht is zij vijftig jaren geleden geboren onder den naam van
Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde, daar zij zich ten
doel stelde:
Behartiging van de belangen, waarin het Kadaster heeft te voor
zien en den daarvoor noodigen graad van nauwkeurigheid der Land
meetkunde te bereiken en te handhaven.
Dat doel culmineert in het, met zekerheid en zoo duurzaam moge
lijk, bepalen der grenzen van zakelijke rechten.
Reeds in het begin van haar bestaan gaf zij blijk van een krachtig
en onvermoeid streven naar rechtsgeldigheid der kadastrale metin
gen ter bescherming van den grondeigendom in volle uitgestrekt
heid, daartoe aangetrokken door hetgeen in dat opzicht bij onze
oostelijke naburen reeds was bereikt.
Dat streven is niet met goeden uitslag bekroond. In den loop der
jaren zijn de redenen der mislukking aan het licht gekomen, thans
zijn zij in ruimen kring bekend.
Op ambtenaren-inmenging en daaruit te duchten stagnatie is de
Nederlander niet gesteld!
Desniettegenstaande is de behoefte aan een nauwkeurig Kadaster
in sterke mate gegroeid, omdat in de vijftig jaren, welke achter ons
liggen, het grondcrediet, speciaal het wezen van den schuldeischer,
een ingrijpende verandering ondergaan heeft.
De hypotheekbank gaat op onbegrensde wijze af op de inlichtin
gen, welke door den Hypotheekbewaarder worden verstrekt en
deze inlichtingen zijn vrijwel blindelings op de kadastrale gegevens
omtrent de veranderingen der perceelen gegrond. Een weigering
van crediet beteekent menigmaal een individueele ramp.
De Overheid heeft den plicht tegen onrecht te waken en om die
31