18 Ook de detailmeting is met een buitengewone accuratesse ge schied. Veel maakte men gebruik van meetlatten. Ook voor de bij houding is voorgeschreven, dat alles wat betrekking heeft op het uitzetten en opmeten van eigendomsgrenzen met meetlatten moet plaats hebben. De verdere opnemingen mogen gebeuren met meet band of tachymeter. Alle punten in een meetlijn, waaruit gemeten moet worden naar scheidingen of gebouwen, worden met den theo doliet neergeslagen. Een loodlijn op een meetlijn, die zelf weer een zelfstandige meetlijn vormt, wordt met den theodoliet uitgebakend, uitgaande van beide uiteinden der meetlijn en daarna zoonoodig gemiddeld. Het resultaat van dit alles is dan ook, dat men sinds 1900 geen enkele fout heeft gevonden in de grootten, noch een afwijking tus- schen plan en terreinstoestand. De eenige fout, die men in de afge- loopen 33 jaren heeft gemaakt, zat in een optelling van gedeelten vaa perceelen, die een spoorwegmaatschappij van verschillende eigenaren moest koopen. De gedeelten waren juist berekend, doch in de sommeering zat een fout van 1 ha, vertegenwoordigende de somma van 60.000 Zw. fr. Gelukkig werd de fout nog bijtijds ont dekt en werd bedoelde maatschappij alsnog bereid gevonden het ontbrekende bedrag te betalen. Hoe het komt, dat er sinds 1900 geen afwijking meer geconsta teerd is tusschen plan en terreinstoestand, hoop ik U zoo dadelijk duidelijk te maken. Keeren wij eerst even naar ons land terug. Bij meting vóór overdracht van een gedeeltelijk perceel, hetgeen bij ons in duur bouwterrein toch al vrij geregeld de gewoonte is, is men er nog niet. Wel is dan de transportakte voorzien van een bin dende grootte, maar als wij het volgend jaar terugkomen om het inmiddels gebouwde huis op te meten of een naastliggenden ver koop, dan constateeren wij vaak, dat de na onze eerste meting ge plaatste hekken, 1, 2, 3, 4 of soms wel 5 dm afwijken van de vroe ger geslagen stevige piketten. Wij kunnen dan 3 methoden toepas sen, die ik kortweg zou willen noemen: a. de blinddoek, b. het redres, c. de bij- of afpijling. a. De blinddoek. Dit is de gemakkelijkste methode. Wij zien niets en nemen als vanzelfsprekend aan, dat de hekken overeen komen met de vroeger geslagen piketten. Wij plakken den nieuwen verkoop tegen den vroegeren aan, waardoor de kaart wel een beetje

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1934 | | pagina 18