214
waren in totaal 1548 door centreering verzekerd.
Bijhoudingsdienst der Rijksdriehoeksmeting
Reeds tijdens de uitvoering der secundaire triangulatie werd
waargenomen, dat geleidelijk een aantal driehoekspunten na de be
paling een verandering onderging door restauratie of vernieuwing
van de torenspitsen of ook wel geheel verdween. Volgens van den
kadastralen dienst ingekomen berichten, bleken in 1928 reeds 290
driehoekspunten te zijn gesloopt of verplaatst, terwijl ten aanzien
van 75 punten het vermoeden bestond, dat het eigenlijke driehoeks-
punt. het centrum, door restauratie of vernieuwing van den toren
was „gestoord". Het is als zeker aan te nemen, dat deze cijfers veel
te laag zijn; de werkelijkheid zal zeker grootere teleurstelling geven.
Lang voor de voltooiing van de secundaire driehoeksmeting, werd
dan ook de noodzakelijkheid ingezien, de reeds geconstateerde en
nog te constateeren veranderingen bij te meten en bij vervanging
van geheel verloren gegane punten door nieuwe, deze laatste ten
opzichte van omliggende driehoekspunten te bepalen.
Alleen dan zou het werk der Rijksdriehoeksmeting zijn groote
waarde kunnen behouden.
Deze overweging gaf de Rijkscommissie reeds in 1921 aanleiding
overleg te plegen met het Departement van Financiën, welk overleg
na voltooiing der secundaire triangulatie tot gevolg had, dat de
Bijhoudingsdienst der Rijksdriehoeksmeting werd ingesteld. Bij re
solutie van den Minister van Financiën d.d. 28 October 1929
N°. 76 Afd. Kadaster, werd het personeel der Commissie, bestaande
uit één ingenieur, drie landmeters van het Kadaster en een rekenaar,
met ingang van 1 Januari 1930 ontheven van de werkzaamheden bij
de Commissie en werden deze ambtenaren geplaatst bij den nieuwen
dienst, welke werd gevestigd te Amsterdam en gesteld onder de lei
ding van den ingenieur-verificateur van het Kadaster aldaar, lid
der Rijkscommissie.
Het archief der Commissie, benevens de instrumenten en verdere
hulpmiddelen ter uitvoering der metingen, de materieele hulpmid
delen voor de bureauwerkzaamheden, de waarnemingscahiers en
verdere bescheiden der secundaire driehoeksmeting, een exemplaar
(geletterd B) der registers, berekeningen, enz. van de primaire drie
hoeksmeting, werden door de Rijkscommissie aan den Bijhoudings-
82