238 ons land de Code Napoléon, volgens welk wetboek de levering van onroerende goederen, of juister de verbintenis om onroerende goe deren te leveren (voortvloeiende uit het verkoop- en koopcontract) van de zijde des verkoopers is vervuld, wanneer hij de sleutels heeft overgegeven, in geval een gebouw verkocht is, of wanneer hij de be wijzen van eigendom heeft overhandigd (art. 1605), terwijl volgens art. 1583 de eigendom door den kooper reeds wordt verkregen, zoo ras men het met elkander eens is geworden over de zaak en den prijs. Inzake hypotheken worde er aan herinnerd, dat men onderscheid de: legale, judicieele en conventioneele hypotheken, van welke drie soorten vooral de legale vaak niet werden ingeschreven: vandaar de bedreiging met de straf op stellionaat gesteld. Dit even tot goed verstaan van de acten, die ik in hoofdzaak heb weergegeven, niet om de bijzondere bepalingen, doch om de wijze van omschrijving van het verkochte of bezwaarde onroerende goed. Daarbij valt wel ter dege op, hoe moeilijk het is eenig onroerend goed naar zijn aard, afmetingen en ligging nauwkeurig te om schrijven. Men noemt de namen van de eigenaren, die gronden bezitten rondom het bewuste grondstuk, den naam van de streek, enz., doch van een eenigszins nauwkeurig bepalen van grootte of ligging komt niet veel terecht. En hoe moet men zich na jaren, aan de hand van dergelijke om schrijvingen nog oriënteeren, of het vertoonde contract werkelijk betrekking heeft op het grondstuk, dat men wenscht te koopen, tot hypothecair onderpand, enz. Men had de publicatie van hypotheken, transportacten, enz. zoo goed kunnen regelen, als men maar zou kunnen denken: zonder een werkelijk zoodanige omschrijving van het object, dat het ook, jaren nadat het contract werd opgemaakt, nog geïdentificeerd kan worden, blijft er aan het stelsel van overdracht en verhypothekeering iets zeer belangrijks ontbreken. Die identificatie nu kan alleen door de kadastrale omschrijving worden verkregen. En is er te onzent door verkregen. Afgezien van de fouten en gebreken, die aan ons Kadaster kle ven en die door niemand worden ontkend, ben ik toch overtuigd, dat door het bestaande kadaster voldaan wordt aan de eischen, die 106

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1934 | | pagina 238