279
den landmeter. Richting en onderlingen afstand dier lijnen moet hij
kiezen in verband met indeeling en gesteldheid van het terrein. De
kaarten van de complexen, waarop ruilverkaveling wordt toegepast,
zijn niet altijd even deugdelijk en juist de landmeter van het Ka
daster doet door zijn ervaring tijdens de schatting de wetenschap
op, waar de fouten schuilen, welke die zijn en wat om verbetering
vraagt.
Hij is voorts aangewezen voor de bijhouding van den gewonen
dienst in het blok. De omtrek van het blok moet door hem worden
gedelimiteerd, gedeeltelijk in de ruilverkaveling opgenomen percee-
len en dat kunnen er soms vele zijn gesplitst.
Vóór de stemming is door de Centrale Commissie een voorloopig
plan van wegen en waterloopen opgemaakt.
Dit plan dient le. om de afwatering in den regel in grooter
verband onder oogen te zien en 2e. om den belanghebbenden
een idee te geven van de toekomstige indeeling van het terrein.
Alle factoren, welke een doelmatig net van wegen en waterloo
pen beheerschen, zijn dan echter vooral bij grootere blokken -
nog niet bekend. Hiermede komen we pas geheel op de hoogte door
de schatting, door een analyse van den ouden bezitstoestand en door
tal van besprekingen, inzonderheid met de plaatselijke commissie.
Het resultaat is dan vaak een aanzienlijke omwerking van het plan
en uit den aard der zaak is zulks het werk van dengene, die van dit
alles kennis nam, van den landmeter.
Wanneer het ontwerp vaststaat, mag de uitzetting daarvan aller
minst bestaan uit het klakkeloos overbrengen van de kaart op het
terrein. Integendeel, het project moet nu in details aan het terrein
worden aangepast. Hand in hand met die uitzetting gaat het ont
werpen en verzekeren van den technischen grondslag.
We behoeven nauwelijks te vertellen, dat wanneer de wenschen
van de belanghebbenden bekend en de algemeene lijnen met cen
trale en plaatselijke commissie besproken zijn, de opmaking van het
plan van ruilverkaveling wel het zeer speciale werk van den land
meter van het Kadaster is; een werk, dat zijn geheele persoon vergt,
maar dat dan ook in hooge mate bevrediging kan schenken.
Niemand is zoo goed op de hoogte met de eischen, welke het
plan stelt en moeilijk is er iemand anders aan te wijzen, wien de
147