284
In ons land waren in 1878 de landmeters nog niet georganiseerd;
dit zal wel de voornaamste reden zijn geweest, waarom zij niet ver
tegenwoordigd waren. Desondanks willen wij hier enkele dingen
van dat congres zeggen.
Het werd gehouden in het Trocadéro-paleis, ter gelegenheid van
de wereldtentoonstelling. Een centraal comité uit de Fransche land
meters had het voorbereid en het was geautoriseerd door een be
sluit van den Minister van Landbouw en Handel.
Afgevaardigden uit België, Duitschland (prof. dr. W. o r d a n),
Engeland, Italië, Spanje en Zwitserland namen er aan deel.
De opzet was in de eerste plaats, zuiver Fransche belangen te
dienen; men wilde er door komen tot een wettelijke regeling van
het landmetersberoep en tot herziening en betere bijhouding van
het kadaster. Aan de inzendingen en aan de discussies namen de
buitenlanders in belangrijke mate deel en men vond het jammer,
dat het contact met hen met het einde van het congres geheel zou
zijn verbroken en zoo kwam naar voren, bij die gelegenheid voor het
eerst, het denkbeeld van een bestendige internationale organisatie.
De instemming hiermee uitte zich in mousseerende woorden: „Rien
nest plus beau que l'union des peuples; travaillons par nos rapports
amicaux a mettre cette belle devise en pratique en constituant le
Comité des congrès futurs" 1Een blijvende organisatie zweefde
den sprekers voor den geest; zij zou tot taak hebben een volgend
congres voor te bereiden en zij zou mee werken aan de ontwikke
ling der geodetische wetenschap en aan de volmaking der kadasters.
Tot stand kwam zij echter niet. Wel werd met algemeene stemmen
aangenomen een aldus geredigeerd voorstel: „II y a lieu de consti-
tuer un comité international permanent des géomètres" 2) en één
maal, in 1879, is er nog eens een bijeenkomst geweest van Belgische,
Duitsche, Engelsche, Fransche en Zwitsersche landmeters, maar
bij die poging is het toen gebleven; voor een blijvenden organisatie
vorm waren de tijden nog lang niet rijp.
Eerst nog moesten in verschillende landen de landmeters zich
groepeeren in nationale vereenigingen. Duitschland, Frankrijk, En
geland en Zwitserland waren hierin voorgegaan. Nederland volgde
in 1884.
152
Comptes rendus sténographiques p. 78.
2) Ibidem p. 126.