LA ND MEE TKUNDE.
309
De ontwikkeling der landmeetkundige techniek
Het is voor mij een eer, vandaag hier het woord te mogen voeren;
tevens is het echter voor mij een genoegen, omdat de te houden le
zing mij een prikkel verschafte, mijn gedachten rustig te ordenen.
Ongetwijfeld is het nuttig, als men tracht, door het opsporen der
oorzaken, die in het verleden werkzaam waren, de tegenwoordige
toestanden te verklaren. Het is natuurlijk uitgesloten, te komen tot
een volkomen juiste analyse. Hiervoor hebben, bij de beoordeeling
der feiten, de persoonlijke opvattingen en misschien wel vooroor-
deelen een te grooten invloed. Om echter de richtlijnen te verkrijgen,
die bij het zoeken naar de oplossing van de vraagstukken van het
heden en van de toekomst onontbeerlijk zijn, is het bestudeeren van
het verleden het eenige middel. Wij zullen over de noodige onvol
komenheden moeten heenstappen.
Juist nu is het noodig, dat wij ons ernstig rekenschap geven van
de toestanden. Wij beleven een periode van ongekend snelle ver
anderingen, die zich kenmerkt door plotselinge wisselingen der in
zichten, waardoor verwarring kan ontstaan.
Vergeleken met de geweldige maatschappelijke moeilijkheden,
waarmee de menschheid tegenwoordig te kampen heeft, zijn de
vraagstukken op het bescheiden terrein der landmeetkunde slechts
van ondergeschikte beteekenis. Toch zal dit feit nimmer een excuus
kunnen zijn om niet te trachten, door het inzetten van al onze
krachten, te komen tot het beste, dat onder de gegeven omstandig
heden bereikbaar is.
Indien de gewijzigde toestanden zulks eischen, zullen wij thans
minder dan ooit mogen aarzelen met het aanbrengen van verbete
ringen in organisatie en werkmethoden. In tijden van voorspoed kan
men zich desnoods de luxe van onvolkomenheden permitteeren. In
een tijd, zooals wij dien thans beleven, zou een dergelijke luxe on
dergang beteekenen. Ik heb dan ook gemeend, mij, behalve met het
houden van beschouwingen over het verleden, ook met de toekomst
te moeten bezighouden.
(Rede, uitgesproken door den Heer J, M. T i e n s t r a, lector aan den Land
meterscursus te Wageningen, in de jubileumbijeenkomst van de Vereeniging
voor Kadaster en Landmeetkunde te 's-Gravenhage, op 19 October 1934.)