336 betering vindt men neergelegd in het verslag der Staatscommissie van 1906. Als proef is de Gemeente Dieren opnieuw gekadastreerd volgens die denkbeelden. De eigenaren te Dieren zijn uitgenoodigd op het terrein aan wijzing van hun grenzen te doen aan den landmeter en deze maakte hiervan een proces-verbaal op, dat aan de hypotheekbewaring ter inzage van iedereen ligt met de kaarten en registers. Volgens het Wetsontwerp op de Grensregeling zal het wettig vermoeden bestaan, dat een grens is overeengekomen door partijen, zooals de landmeter die heeft opgemeten na de aanwijzing. [19] Anders dan bij de eerste kadastreering staat hier dus de mede werking der eigenaren voldoende vast en zal bij geschillen het wet tig vermoeden tengevolge hebben, dat behoudens tegenbewijs de kadastrale grens beslissend is. De door mij hiervoren geschetste jurisprudentie en het feit, dat de akten vrijwel uitsluitend kadastrale nummers als eenige aanduiding van de over te dragen objecten gebruiken, maakt, dat het verschil in rechten tusschen beide systemen, neerkomt op een omkeering van den bewijslast. [20] Op de kaarten van Dieren zijn echter alleen eigendomsperceelen geteekend, terwijl voor de grondbelasting zoo noodig een onder verdeeling dier perceelen met letters is aangebracht. De grove onbillijkheden van het bestaan der cultuurperceelen op de kaarten zijn dus in Dieren uitgesloten. Zooals ik echter opmerkte, ook eigendomsgrenzen zijn, vooral in de zandstreken, wel verplaatsbaar en dan kan ook in Dieren zonder terreinsonderzoek een te goeder trouw zijnd iemand nog worden gedupeerd. In 1916 werd het rapport van de Staatscommissie 1906 gepubli ceerd; sindsdien is er heel wat actie gevoerd om die voorstellen in gevoerd te krijgen. Tot nu toe zonder succes. Een van de voornaamste redenen zie ik wel gelegen in de moei lijkheid, een nieuwe wet in het Staatsblad te krijgen. En niet minder in het feit, dat van de zijde van belanghebbenden: grondeigenaren, hypotheekgevers, hypotheekbanken en notarissen tot heden weinig aandrang op de wetgevende macht ter zake is uit geoefend. Dit is mede een gevolg van het feit, dat ons kadaster ondanks

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1934 | | pagina 344