Literatuuroverzicht. (Boekbespreking.)
341
Zie ook I. Boer Hzn. De Ramp van Heikampblz. 74.
[23] Moeilijk te schatten is hoeveel de werkzaamheden der landmeters door dit
onderzoek zullen worden uitgebreid.
Navraag ter zake aan verschillende kantoren leidde tot de meest uiteenloo-
pende resultaten. Opgemerkt moge evenwel worden, dat in vele gevallen
met een voor den landmeter eenvoudige controle zal kunnen worden vol
staan. In een groot gedeelte van ons land bestaan de terreingrenzen uit sloo-
ten, die vrij goed hun plaats behouden. Ook op de zandgronden zijn blij
vende afscheidingen talrijk (Zie Jubileumnummer blz. 298 vlgg., artikel ir.
A. G. Swart).
Bovendien kan een tariefswijziging als door mr. Best bepleit, tot gevolg
hebben, dat het gevaar der cultuurgrenzen gedeeltelijk op kosten van be
langhebbenden kan worden bezworen.
Het Kadaster en het Hypotheekkantoor, door mr. J. B e s t. 78 blz.,
15X23 cm. Uitg. van den Bond van Notarisklerken p/a J. Z oe te
rn e ij e r, Voorstraat 3-76, Brielle. 1934. 0.75.
Op zeer bevattelijke wijze heeft schrijver de omvangrijke stof medegedeeld.
Zonder al te veel in bijzonderheden te treden, wordt een duidelijk beeld gegeven
van samenstelling en bijhouding der kadastrale en hypothecaire gegevens.
Het verheugt ons, dat zooveel aandacht is besteed aan de gevaren, verbonden
aan het gebruik van kadastrale gegevens zonder voldoende terreinsonderzoek.
Onze aandacht viel op een onvolledigheid in de lijst van gevallen, waarin door
den bewaarder mag worden geweigerd over te schrijven.
PW 12762 verbiedt dit voor akten, waarin vorderingen tot levering van on
roerend goed worden overgedragen. Wellicht bleef mededeeling achterwege, om
dat die akten niet meer voorkomen.
Sommige meeningen van den schrijver (bv. over doorhaling met een aanteeke-
ning van twijfel omtrent de bevoegdheid) zullen alle ambtgenooten niet onder
schrijven. In het algemeen kunnen we zeggen, dat mr. Best uitstekend is ge
slaagd in zijn poging, deze stof voor hen, die er zooveel mede te maken hebben,
begrijpelijk te maken.
Ook voor de studie voor adjunct-commies der registratie achten we dit boekje
een groote aanwinst.
Jammer, dat de groei van dit werkje uit een artikelenreeks zich zoo duidelijk
openbaart in vele taal- en stijlfouten, die wij van dezen schrijver niet gewend zijn.
Het is ons niet duidelijk geworden wat de titel bedoelt te zeggen, gezien de uit
drukking „inleveren van akten op het Kadaster".
Ware niet logischer gebruikt „Bewaring" om te ontgaan het telkens noemen
van den volledigen naam van de instelling?
Ten slotte misten wij elke mededeeling over de scheepsboekhouding, die voor
sommige notarisklerken toch van zeer veel belang is. J.