88
eischen, dat zij, behalve het diploma van onze Vereeniging, ook één
der diploma's bezitten, die deze civiel-technische kennis waarborgen,
is aan dit verlangen voldaan.
Vele Directeuren van Gemeentewerken noemen als eisch: het uit
zetten voor nieuwe werken, wegen, rooilijnen, enz. Hoewel dit te
genover het gewone opmeten geen bijzondere moeilijkheden met
zich brengt, hebben wij dit alsnog als afzonderlijk punt op het Pro
gramma onder Detailmeting" toegevoegd, vooral, omdat wij onder
„Hoekmeting" het uitzetten van poolcoördinaten ook afzonderlijk
genoemd hadden.
Eenige diensten zouden instelling van cursussen op prijs stellen.
Wij meenen, dat hier een taak is weggelegd voor de leden van de
Vereeniging, die in plaatsen, waar zulks gewenscht wordt, cur
sussen ter opleiding voor het examen zouden kunnen inrichten.
Bijzondere vermelding verdient nog, dat wij, op initiatief van de
Rubber Cultuur Maatschappij „Amsterdam" N.V., het reeds in de
Inleiding genoemde onderhoud mochten hebben met den heer J.
W i 11 e v e e n, die het vak landmeten doceert aan een vervolg
cursus op den Indologischen Cursus aan het Koloniaal Instituut te
Amsterdam. Het resultaat van dit onderhoud was, dat, indien het
examen wordt ingesteld, de heer W i 11 e v e e n bij de verschillende
cultuurmaatschappijen er voor zal pleiten, dat zij van hun toekom
stig personeel zouden verlangen, dat dit, alvorens bovengenoemden
vervolgcursus te volgen, het diploma van onze Vereeniging zou
behalen.
Tenslotte veroorloven wij ons, uit de vele antwoorden enkele bij
zondere opmerkingen, zoowel vóór als tegen het instellen van het
examen te citeeren.
Prof. W. Schermerhorn, als adviseur in landmeetkundige zaken betref
fende den Rijkswaterstaatsdienst:
„Vraag 4. Zulk een diploma is meer in het belang van het personeel dan van
den Dienst. Voor den Dienst is in den dagelijkschen gang van zaken alleen vaar
digheid, kennis en vooral karakter van beteekenis. De coïncidentie van diploma
en kennis is voor den Dienst van de meeste beteekenis bij de aanwerving van per
soneel. Dit laatste komt uit den aard der zaak betrekkelijk weinig voor. Voor
den Dienst zelf is in zulk een diploma echter wel een waarde gelegen in zoo
verre ook door andere diensten van personen gebruik wordt gemaakt, die in het
bezit zijn van hetzelfde diploma, in de veronderstelling, dat het bezit van dit
diploma de toepassing van bepaalde methoden en werkwijzen in de praktijk van
het vak ten gevolge zou hebben. De beteekenis ligt dus meer in het aanrakings-
gebied van onzen dienst met andere diensten, dan wel in den dagelijkschen gang