y - J m *2 (10) 113 s [5]" 1 van het eindpunt, dus in dit geval de coördinatensluitfout, althans die component van de totale sluitfout, welke loodrecht staat op de hoofdrichting van den trek. Deze sluitfout s[^]° 1 nu, zal worden ingedeeld over de coördi- natenverschillen evenredig met de lengten der zijden, dus waar hier de zijden even lang worden verondersteld, in gelijke deelen s [2]? 1 per coördinaten verschil. n 1 Voor de ware zijdelingsche afwijking van een punt P krijgt men dus na die indeeling >7p s S (^i («h ^2 i) i s j (di h ap J P - j (3p -j-Sp Sa i) of n p p 1 Hierin is volgens (2), de ware zijdelingsche afwijking van P t.o.v. A0, indien P zou worden berekend uitsluitend uit het deel A0 P van den trek, en evenzoo vu de ware zijdelingsche afwijking van E t.o.v. P. De zijdelingsche afwijking van P t.o.v. E bij be rekening uitsluitend uit het trekgedeelte E P is v\2 v\v zoodat: n - p p 1 ,lm Nemen we de waarden van S weer samen in groepen, dan kan deze vorm worden herleid tot: "~psfflT'N+p-1+ p~ 1smTiN+N n—1 t, N i n 1 LJt1n p (Tt is het aantal aan P voorafgaande, T2 het aantal volgende tus- schenazimuths) Behoudens de factorenen P zijn de eerste twee termen n 1 n 1 van deze formule gelijksoortig met den eersten term van (6), en de laatste twee termen zijn met den tweeden term van (6) te verge lijken. n P t mN i P rr>i r\iT( N 2N i n 1 ST' rT^^l Tin n 1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1935 | | pagina 113