LA ND MEE TKUNDE. Kadastrale hermetingen in Ned.-lndië. Toen onze Voorzitter, de Heer Jonas, mij eenige weken ge leden verzocht, op deze vergadering een lezing te willen houden over een onderwerp betreffende het Kadaster in Ned.-lndië, heb ik niet lang geaarzeld, aan dat verzoek te voldoen en wel om de volgende reden. Zal het streven van den laatsten tijd naar een nauwer contact tusschen de verschillende groepen van geodeten in ons land en koloniën, met succes bekroond worden, dan is een eerste vereischte, waardeering voor, dus bekendheid met elkanders werk. Het is me daarom zoo n bijzonder genoegen, U vanmiddag iets te kunnen vertellen van een betrekkelijk klein, maar niet on belangrijk onderdeel van het werk van den Indischen landmeter, nl. de hermetingen. In het bijzonder van de hermeting van Ba tavia, welke in 1930 werd aangevangen en kan gelden als proto type voor de moderne herkadastreeringen in Ned.-lndië. Ik zal me echter met het oog op den beschikbaren tijd en ook omdat het juridische gedeelte eenigszins buiten mijn terrein ligt, beperken tot de techniek van de hermetingen. De wijze, waarop de herkadastreeringen in Indië zijn georgani seerd, verschilt belangrijk van de hier te lande gevolgde methode. Werden vroeger de hermetingen gewoonlijk van slechts kleine gedeelten der kadastrale afdeelingen incidenteel door de betrok ken kadasterkantoren behandeld, in 1927 kwam daarin verandering door de stichting van het zgn. Kadastreeringskantoor, een afdeeling van het te Batavia gevestigde Hoofdbureau van het Kadaster. Alle hermetingen in geheel Ned.-lndië geschieden nu door of onder leiding van deze afdeeling, niet omdat deze zich de meening zou aanmatigen het beter te kunnen dan de „gewone" kantoren, (Lezing van den heer R. R o e 1 o f s, landmeter van het Kadaster te Batavia, in de Algemeene Vergadering van de Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde, gehouden te Wamsveld, op 13 September 1935.)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1935 | | pagina 157